Het jaar is bijna voorbij. Dus het is tijd voor het allerlaatste bordspel van dit jaar: Kingseat.
Het is een spel dat je staand kan spelen (zonder tafel), zolang je maar ongeveer in een cirkel kunt staan (en eventueel een broekzak hebt voor afgelegde kaarten). Het ondersteunt zo’n beetje alle spelersaantallen, maar straalt naarmate je meer spelers hebt.
En dat is goed, want dat waren precies de twee eisen waarmee ik het project begon: een spel dat je zou kunnen spelen in een wachtrij. Geen tafel, geen stoelen, geen ander materiaal, zo’n beetje elk spelersaantal is oké.
(Natuurlijk, als je wel stoelen en tafels hebt, gebruik ze vooral :p Het is niet verplicht om te staan omdat je, weet ik veel, het hele spel aan het rennen bent.)
De regels zijn, zoals altijd, simpel.
- Eén plek in de cirkel is de troon. Wie daar staat/zit is de Koning.
- Je krijgt een stel kaarten met daarop de kleur van een (verzonnen politieke) partij. Kies één daarvan als jouw stiekeme loyaliteit.
- Elke ronde kiest iedereen tegelijk een kaart en steekt die voor zich uit. Ze worden tegelijk onthuld.
- De langste aaneengesloten reeks stemmen voor dezelfde partij wint. (Check dit vanaf de Koning, met de klok mee.)
- Die stemmen gaan naar het stapeltje stemmen. Alle overige spelers, die niet op de winnaar stemden, mogen kiezen: of je voert de speciale actie van je kaart uit, of je wisselt met iemand van plek.
- Als ieders kaarten op zijn, tel je de stemmen. De partij met de meeste stemmen wint.
Tada! Op de website heb je een aantal verschillende “partijen” die je kan printen en gebruiken. Elke heeft z’n eigen kleur, icoontje, en vooral speciale actie. Zo kan je precies het spel samenstellen dat je wilt en het afstemmen op je groep.
Natuurlijk was de weg hiernaartoe eentje met wat obstakels. Het originele idee had wat extra regels die het spel alleen maar moeilijker maakten, niet leuker. (Zoals dat elke speler die op de winnende partij stemde nóg een geheime stemkaart op de stapel mocht leggen.)
In het originele idee waren er maar twee partijen, altijd, ongeacht het spelersaantal. Dat werkt natuurlijk niet met veel spelers, want dan is elke beurt in het hele spel dezelfde keuze: “goh stem ik A of B, ik heb een hele hoop kaarten voor allebei!”
In het originele idee had je geen enkele informatie. En als jij achteraan de rij zat, maakte je stem meestal niks meer uit, en voelde het vrij zinloos.
Maar na een paar uur potjes tegen mezelf spelen (met haastig geknipte kaartjes uit een A4) waren de meeste kreukels wel gladgestreken. De regels hierboven zijn 90% van het spel. (De rest zijn wat extra regels voor opzet en balans, en dus de speciale krachten van elke partij die je even zal moeten bekijken.)
Toen heb ik in een paar dagen de regels officieel opgeschreven en de code/plaatjes geregeld om deze kaartensets te maken. Want ik wil zo snel mogelijk de spellen testen tegen anderen. Als je tegen jezelf speelt, is het natuurlijk geen geweldige test. Want ik wéét de geheime loyaliteit van de andere spelers en ik wéét precies welke kaarten ze in de hand hebben.
Zo dacht ik eerst dat het spel iets te simpel was en de juiste zet te makkelijk te bepalen. Maar toen ik het tegen anderen speelde, waarbij ik dus géén idee had wat ze in de hand hadden, ontdekte ik juist dat het spel allesbehalve simpel was. Met bluffen, dubbelbluffen, verbonden sluiten, mensen de verkeerde kant opsturen met de eerste paar stemmen die je uitbrengt, etcetera.
Hoe dan ook, weer een leuk spel. Heel makkelijk te leren en spelen. Een spel voor grote groepen dat een keer niet Weerwolven (of iets dergelijks) is, en expres geen eliminatie van spelers of “wachten op je beurt” heeft.
Dat was het voor de projecten dit jaar. Alvast een fijne Kerst en op naar nog een jaar met elke maand twee projecten uitbrengen 🙂
(Ik weet niet of dit weer het patroon zal volgen van “1) schrijfproject; 2) bordspel” Het werkt best prima. Maar variatie is altijd goed, want anders herhaal je ook elke dag de dingen die je verkeerd doet of die je tegenhouden. Dus waarschijnlijk probeer ik iets nieuws puur om het proberen.)