Ik heb lang geleden een aantal principes met mezelf afgesproken. Eén van de belangrijkste daarvan is: “niet liegen” Het is heel simpel. Ik lieg niet. Als ik de waarheid weet, zeg ik die. Als ik hem niet weet, zeg ik dat ik het niet weet. Het kost moeite, maar het dwingt je om geen dingen te doen waarover je later zou moeten liegen, en het voorkomt dat je liegt tegen jezelf.
Ook schrijf ik al jarenlang boeken, waarvan het grootste deel fictie is en fantasy.
De combinatie van deze twee dingen is een probleem.
Waarom? Elk (goed) verhaal bestaat uit karakters die tegenovergestelde dingen willen. In plaats van dat ze dit eerlijk toegeven en de beste oplossing vinden, gaan ze liegen, bedriegen, stelen, achterbaks zijn, enzovoort :p
Het grootste obstakel in veel verhalen, is het feit dat de personages tegen zichzelf of anderen liegen. De meeste verhalen waren meteen geëindigd als iemand gewoon de waarheid had verteld of duidelijk had gecommuniceerd.
Dus een goede schrijftip (die je vaak genoeg tegenkomt) is: laat je karakters constant liegen tegen zichzelf en anderen.
Het maakt dialoog spannender en interessanter. Want jij moet, als lezer, zelf actief nadenken of iemand de waarheid vertelt, of wat ze met een mysterieuze zin bedoelen.
Het maakt conflict mogelijk. Bijna alle verhalen gaan over de hoofdpersoon die veranderd. Ze beginnen het verhaal met een bepaalde eigenschap of perspectief: de “leugen” die ze volhouden. Gedurende het verhaal leren ze dat het een leugen is en veranderen ze (naar iets dat hopelijk beter is).
En ik kan dit dus niet. Elke keer als ik een goede leugen bedenk, zegt mijn hoofd meteen: “nee wat stom, dat los je toch gewoon op door X en Y te doen?” Of: “waarom zou je liegen tegen je beste vriend?!”
Over de jaren heb ik echt een hekel gekregen aan hoe makkelijk iedereen liegt in onze maatschappij. Je hebt geen zin in een feest vanavond? Bedenk een lulsmoesje zoals “ik ben ziek” of “ik had al iets anders gepland”—in plaats van de waarheid te vertellen. Je komt te laat op een afspraak? Tja, je ketting was eraf gevallen, je was écht niet te laat vertrokken. Je had wel betere dingen te doen dan leren voor je proefwerk morgen? Zeg dat je hoofdpijn had en je boek kwijt was—in plaats van uitleggen dat je betere dingen te doen hebt dan honderd hoofdsteden in je kop stampen.
En het is moeilijk om dit uit te zetten. Want dan schrijf je scenes waarin je zelf niet eens geloofd. Alles voelt melodramatisch en onnodig, want dat is het ook in jouw ogen.
Waarom ben ik dan toch schrijver? Waarom blijf ik boeken produceren?
Nou, dat heb ik mezelf dus flink afgevraagd de laatste tijd. Ik heb mijn werk en ideeën vergeleken met andere populaire boeken. En of ik die boeken leuk vond of melodramatisch.
En het antwoord is dat ik op een hele andere manier over verhalen denk. Ik zie verhalen meer als een avontuur dat helpt om over een thema na te denken. Dus ik pak een onderwerp. Iets dat dichtbij mijn eigen leven staat, of de menselijke natuur, zoals “sterfelijkheid” of “ambitie”. En vervolgens bedenk ik een wereld en personages die dit op alle mogelijke manieren belichten. En dan gooi je ze in de blender en probeert er een avontuur uit te halen.
Verhalen schrijven helpt mij met nadenken over dit soort thema’s en mijn gedachten communiceren met de lezer. Expres liegende en onlogische personages staan dan vaak alleen maar in de weg.
Het levert een bijzondere schrijfstijl en verhaallijn op. Mijn boeken zijn dus niet voor iedereen, al zijn ze heel toegankelijk en dus meer gefocust op actie dan iets anders. En ik denk niet dat deze stijl snel gaat veranderen. Want ik heb vaak een andere aanpak geprobeerd … en die boeken zijn nooit afgekomen.
Maar, zoals ik al zei, mensen doen dit in het echt op grote schaal. Liegen, bedriegen, niet logisch nadenken, niet zeggen wat ze bedoelen. En daaruit komt dus alle conflict, problemen, discussie, strijd.
Hierdoor leerde ik wel twee dingen:
- Het zou fijn zijn als mensen hiermee in het echt ophouden en we het bewaren voor spannende verhalen.
- Er zijn trucjes om dit toch in verhalen te krijgen. Er zijn namelijk situaties waarin liegen logisch en begrijpelijk is.
Wat voor trucjes zijn dat?
- Liegen tegen jezelf. Zolang je de leugen niet uitspreekt of test, kan niemand jou spiegelen of de waarheid vertellen.
- Passieve of stille personages. Wederom, de leugen wordt niet getest.
- Een diepgewortelde reden waarom iemand niet open zou staan voor verandering of de waarheid. (Hangt meestal samen met een lange backstory. Ik weet uit ervaring hoe twintig jaar aan rotzooi in je jeugd allerlei nare effecten kan hebben die je bijna onmogelijk zelf kunt zien of kwijtraken.)
- Het allerbelangrijkste? Een conflict dat niet hangt op een leugen of onlogische gedachte.
Het is lastig, maar het kan. Conflict waarbij allebei de kanten de waarheid spreken en logische zetten doen, en toch blijft het conflict bestaan. Bijvoorbeeld:
- Onze hoofdpersoon is de zoon van de oude koning. Hij vecht om zijn land terug te winnen.
- Onze slechterik is een leger barbaren dat die oude koning heeft vermoord en het land ingepikt. Maar zij waren de originele inwoners van dat land!
Beide hebben een redelijke claim op het land. Ze zijn duidelijk in hun motivatie en standpunt. En ze kunnen logische stappen zetten in dit conflict, zonder dat het meteen flinterdun blijkt.
Tot zover mijn gedachten over dit probleem dat mij achtervolgt. Elk boek opnieuw leer ik hoe iedereen zou moeten liegen … en hoe ik dat niet over mijn hart kan verkrijgen.