Header / Cover Image for 'De wisselfout van Van Bommel'
Header / Cover Image for 'De wisselfout van Van Bommel'

De wisselfout van Van Bommel

Een paar dagen geleden kwam dit bericht in het nieuws: Wolfsburg uit Duitse Beker na wisselfout

Dit is het verhaal: Wolfsburg speelde een voetbalwedstrijd in de Duitse beker. Volgens de regels mochten ze maar vijf keer wisselen, maar de trainer (Van Bommel) was zo slim om zes keer te wisselen. Dit werd natuurlijk achteraf opgemerkt, wat ertoe heeft geleid dat de club in z’n geheel uit de beker is gegooid.

Ten eerste: dit is natuurlijk hilarisch. Begin van het seizoen, nieuwe trainer, hoge verwachtingen … en dan door zo’n domme fout meteen al je kansen op die prijs wegnemen.

Ten tweede: dit is natuurlijk om van te huilen. Als ontwerper (en liefhebber) van spellen (waaronder ik ook sporten reken) kan ik niet anders dan concluderen dat de voetbalbond geen idee heeft wat ze aan het doen zijn. En dat ze daarmee, al jarenlang in mijn ogen, de voetbalsport niet helpen.

Eén van de doodzondes bij spellen is spelers toestaan om stomme dingen te doen, maar stiekem hopen dat ze het niet doen. Het is jouw taak om een spel te maken dat ervoor zorgt dat spelers altijd interessante en legale dingen doen, in plaats van spelers achteraf straffen als ze iets deden wat je eigenlijk niet wilde.

Je moet het als volgt zien: stel iemand dobbelt 6 bij Monopoly … maar zet 7 stappen. Wat doe je dan? Je zegt “hé, volgens mij ben je een stap te ver gegaan”, je telt het na, en dan los je het probleem op. Wat je niet doet, is doorspelen alsof er niets is gebeurd. Maar als die persoon aan het einde wint, zeggen “nee, je hebt helemaal niet gewonnen! In beurt 5 deed je namelijk iets tegen de regels! Dus je bent gediskwalificeerd!”

Het maakt het hele potje, de uitkomst, alle zetten na die fout compleet zinloos. Daarom trekken (goede) spellen duidelijke lijnen, zodat je altijd binnen een interessant speelvlak blijft.

Oftewel, terug naar voetbal. Iemand moet controleren of een wissel wel doorgevoerd mag worden. Als een coach op het punt staat een illegale wissel te maken, moet die worden tegengehouden. Zo simpel is het!

Zo garandeer je dat niemand misbruik kan (of probeert te) maken van bepaalde regels. Zo blijft iedereen binnen hetzelfde interessante speelvlak. Vantevoren lijnen trekken en handhaven, niet achteraf hopen/afraden/straffen.

En natuurlijk, zo’n “official” kan het ook eens verkeerd hebben. (In het artikel staat ook dat Van Bommel aan de official had gevraagd hoeveel wissels hij nog had, en dat die dat verkeerd had doorgegeven.) Wat doe je dan? Tja, gelukje voor de coach. Dat is altijd de beste oplossing.

Want nu is de club dus uit de beker gegooid, een belangrijke competitie waar ze kans hebben om te winnen (en anders meestal ver komen). Ze gaan in hoger beroep, maar ik acht de kans klein dat er iets verandert.

Dus wat heb je nou eigenlijk bereikt met je straf? Omdat een coach een klein foutje maakte (en niet gestopt werd door iedereen die de regels moet handhaven), wat geen bewijsbaar voordeel heeft opgeleverd, is praktisch het hele jaar voor die grote club in duigen gevallen. En een club doorgegaan in de beker die dat niet heeft “verdiend”.

Het maakt de sport niet leuker of eerlijker. Het is niet alsof deze wisselfout met grote regelmaat wordt gemaakt en daarom iets van harde straffen nodig zijn om het in te dammen, dus een toekomstige fout wordt ook niet voorkomen.

Conclusie?

  • Als je een spel maakt, is het jouw taak om vooraf de juiste lijnen te trekken en te zorgen dat iedereen erin blijft. Mocht er een foutje doorheen slippen, is dat geluk voor de partij (die er een voordeel aan heeft). Maar niet “hopen dat het niet gebeurt” of achteraf straffen.
  • Als je toch een straf invoert, is het essentieel om jezelf te vragen: wat bereiken we nou eigenlijk met die straf? Want meestal grijpen mensen naar straffen uit automatisme. Omdat ze altijd hebben geleerd dat je moet straffen als iemand iets doet wat je niet leuk vindt. Maar vaak, als je er even over nadenkt, hebben ze niet of nauwelijks (positief) effect.

Zo, dat wilde ik even mededelen. Ik ben niet eens een fan van de club of de coach—verre van zelfs, ik vind Van Bommel vaak een beetje een naar persoon.

Maar ik vond het allemaal grote onzin: iedereen in die voetbalwereld is stinkend rijk, elke wedstrijd heeft tien scheidsrechters en officials, je moet niet zielig gaan doen als je zelf te lui bent om het spel goed te handhaven.

In dit geval is het al helemaal belachelijk, want “wisselen” in voetbal is 95% van de tijd een extreem zielige en saaie methode van “tijdrekken”. Ik vraag me altijd af hoe die spelers dat zelf vinden. Je werkt keihard, je hebt voetballer als beroep gekozen, en wat gebeurt er? In de laatste paar minuten mag je even voor de vorm het veld op komen draven, om zeker te zijn dat de laatste minuten van de klok worden gesnoept.

Om écht effect te hebben van wissels, zou je veel eerder moeten wisselen, en echt hele specifieke spelers (met specifieke kwaliteiten) in je team moeten hebben. Maar meestal is dat dus niet het geval. Wisselen is dan een schijnvertoning om minuten kwijt te spelen.