Header / Cover Image for 'Spelrecensie: Azul Zomerpaviljoen (Next Move Games; 2019)'
Header / Cover Image for 'Spelrecensie: Azul Zomerpaviljoen (Next Move Games; 2019)'

Spelrecensie: Azul Zomerpaviljoen (Next Move Games; 2019)

Enkele jaren geleden veroverde het spel Azul de harten van menigeen spellenliefhebber. Ik zag het overal voorbijkomen, het won prijzen, ineens begonnen mensen bordspellen leuk te vinden die daarvoor altijd hadden gezegd dat spellen “niet voor hen waren”.

Omdat het bestond uit dikke kleurrijke tegels die je lekker kon oppakken en verschuiven, vond zelfs mijn moeder het spel direct mooi en interessant.

Natuurlijk wilden we dat spel hebben! Maar … het was duur. En toen ik online een playthrough keek (volgens mij van GameNight), vond ik de algemene (scorings)regels dermate ingewikkeld dat ik ze vier keer opnieuw moest horen. Misschien was het toeval, misschien was het slecht uitgelegd, misschien was ik even niet in de juiste toestand voor deze specifieke regels … maar ik denk het niet.

Tja, als ik het al zo moeilijk vond—de persoon die zelf allerlei spellen maakt en voor de lol spelregels leest—dan ging het mijn spellengroep waarschijnlijk ook niet best af.

Dus ik heb gewacht. En blijkbaar heb ik gewacht op Azul Zomerpaviljoen (Azul: Summer Pavillion), want toen ik deze regels las wist ik meteen “ja, dat begrijp ik, en dat moet iedereen begrijpen!”

Lees het kopje “Mijn Oordeel” als je alleen de conclusie wilt, lees de rest voor wat anekdotes en iets meer details.

Wat is het idee?

Elke ronde doe je twee dingen: nieuwe tegels pakken en tegels plaatsen (op je persoonlijke bord). Dit alles met het doel om zoveel mogelijk punten te scoren met jouw persoonlijke bord.

Nieuwe tegels pakken

Het systeem van tegels pakken is het traditionele “Azul”-systeem dat het spel zo bekend heeft gemaakt. Er liggen meerdere stapels (“factories”) op tafel. Jij moet er een kiezen en een kleur opnoemen. Vervolgens krijg jij alle stenen uit de stapel van die kleur; alle overige stenen gaan naar het midden. En ja, het midden is óók zo’n stapel, die over tijd dus steeds aantrekkelijker wordt.

Uploads 2021 09 azul 2 result
Uploads 2021 09 azul 2 result

Maar dit spel voegt één ding toe: jokers. Als er jokers in de stapel liggen waarvoor je kiest, krijg je er eentje gratis bij. (Als de stapel alleen maar jokers heeft, mag je er slechts eentje pakken.) Zoals je al verwacht, mag je de joker gebruiken voor elke andere kleur.

Maar dan komt de tweede twist, die in mijn ogen cruciaal is voor dit spel: jokers veranderen per ronde! In de eerste ronde is altijd paars de joker, in de tweede ronde groen, enzovoort. Waarom is dit zo interessant? Nou, je kunt dus vantevoren jokers sparen, maar je moet ook zeker zijn dat je ze allemaal gebruikt voordat die jokerronde om is, anders zijn ze “gewoon” weer hun eigen kleur en niks anders. (Bovendien zorgt dit voor variatie: elke ronde heb je compleet andere wensen, zelfs al werk je aan hetzelfde stukje van je bord.)

Tegels plaatsen

Als alle stapels op zijn, mag iedereen om de beurt tegels plaatsen. Het bord bestaat uit meerdere “sterren” (één per kleur, plus een regenboogster in het midden). Elke punten van de ster heeft een getal: dat is hoeveel stenen je van die kleur moet betalen om die punt te bouwen.

Uploads 2021 09 azul 3 result
Uploads 2021 09 azul 3 result

Op je bord staan verschillende bijzondere plekken. Als je die helemaal omsluit met stenen—dus aan alle aangrenzende kanten ligt een steen—krijg je een bonus: je mag extra tegels uit een open voorraad pakken. Je weet precies wat je kan pakken, en op deze manier kan je in één beurt soms heel veel stenen scoren.

Het spel is dus eigenlijk een constant getouwtrek tussen verschillende doelen. Ga ik de tegel plaatsen zodat ik méér tegels krijg die ik later kan gebruiken? Of ga ik hem zo plaatsen dat hij nu veel punten scoort? Of bewaar ik hem omdat hij de volgende ronde als joker geldt?

Punten scoren

Aan het einde van het spel krijg je punten voor allerlei verschillende dingen:

  • Elke steen die je plaatst is een punt. Als de steen een reeks vormt ( = meerdere stenen van dezelfde kleur die aan elkaar vast zitten), krijg je ook punten voor alle verbonden stenen.
  • Elke complete ster is véél punten (rond de twintig).
  • Als je alle eentjes, of tweetjes, of drietjes, etc. hebt gevuld krijg je daar punten voor (oplopend).
  • Tijdens het spel kan je minpunten krijgen (als je de eerste speler bent die uit het midden pakt). Ook krijg je minpunten voor elke steen die je over hebt en niet kon gebruiken.

Dat is (bijna) het hele spel! Simpel, intuïtief, maar vol mogelijkheden.

Mijn oordeel

Wat vind ik van het spel? Ik geef het 8 uit 10 sterren.

★★★★★★★★☆☆
Een tastbaar en mooi spel, dat je snel opzet, uitlegt en opbergt, en allerlei soorten mensen zal aanspreken. Maar het voelt wel alsof je altijd een ronde te weinig hebt en soms niks kunt doen om te winnen, en het topt niet de interactie van het origineel.

Maar dat soort ratings vind ik enigszins zinloos. Ik kijk liever naar vragen als “wat zijn de sterke en zwakke kanten?” en “voor wie is het spel wél ideaal, en voor wie niet?”

De grootste pluspunten zijn …

  • De tastbaarheid. Een berg prachtige gekleurde tegels die lekker stevig en zwaar aanvoelen, waar je constant mee sjouwt, wat wil je nog meer?
  • De manier waarop je punten scoort is (grotendeels) intuïtief. Hoe “mooier” je bord eruit ziet, hoe meer punten het ook oplevert. (Want je krijgt bijvoorbeeld punten voor compleet ingevulde sterren van dezelfde kleur.)
  • Erg snel opgezet en opgeborgen.
  • Een mooi visueel ontwerp, zowel van de doos als de onderdelen. (Dat is héél belangrijk voor het zetten van de juiste toon en mensen enthousiast maken voor een spel.)
  • Snelle speluitleg, hoewel de lay-out van de spelregels zelf een heel stuk beter had gekund.
  • Na elk spel heb je de gedachte: “ja de volgende keer ga ik het beter doen! Ik had A moeten doen, niet B, en dan misschien C, …”

De grootste minpunten zijn …

  • Je bent vooral met jezelf bezig. Hoewel het mogelijk is om anderen tegen te houden (door de stenen weg te halen die zij willen), en de voorraad gezamenlijk is, is het in de praktijk moeilijk om dit veel te gebruiken.
  • Met weinig spelers is de hoeveelheid stenen in het spel ook lager. Dat maakt het spel afhankelijker van toeval. In één 2-speler potje hadden we allebei heel hard kleur A of B nodig, maar die verschenen gewoon helemáál niet. Dus dan zit iedereen te wachten, en te kreunen, en niemand is blij, want niemand kan iets.
  • Daarop doorgaand: iemands recensie van het spel was “het is behoorlijk unsatisfying als je aan het einde nét die drie stenen mist waardoor je jouw mozaïeken kon afmaken” Dat sentiment deel ik. Een spel dat gaat over een zo mooi mogelijk bord maken, met allerlei mooie stenen en kleuren, voelt erg stom als het altijd eindigt nét vóórdat je die mooie toestand kon bereiken. (In al mijn potjes waren alle spelers nét dat kleine beetje verwijderd van iets moois. Alsof het spel altijd een ronde te vroeg stopt.)

Ik zou het spel aanraden voor …

  • Spelers die niet competitief zijn ingesteld. (Die misschien iets meer “relaxt” of “op zichzelf” willen spelen. Gewoon lekker je eigen mozaïekje opbouwen!)
  • Spelers die graag de hele tijd aan allerlei onderdelen zitten en ermee spelen. (“Fysiek ingestelde spelers”, ik ben er zelf ook eentje van.)
  • Gezinnen en kinderen, hoewel het nét veel regeltjes heeft voor de allerjongste kinderen.

Ik zou het spel niet aanraden voor …

  • Spelers die hoge mate van interactie en complexiteit zoeken.
  • Spelers die de neiging hebben tot analysis paralysis: alles willen doorrekenen en uitrekenen zodat ze de allerbeste zet kunnen doen.
  • Spelers die een meer concreet en intuïtief doel willen dan het abstracte “je moet nou eenmaal een mozaïek bouwen en punten scoren volgens deze regels”

Interactie

Nu ik de originele Azul begrijp, zie ik dat het een stuk meer interactie heeft dan Zomerpaviljoen. In de filmpjes die ik heb gezien, pakken mensen constant stenen met de redenatie “ha, dan heb jij ze lekker niet!” of “ik wil ze niet, maar ik weet dat jij ze wel heel graag wil!”.

Hoe komt dit? Nou, omdat er geen open voorraad is, en de regels voor punten scoren zijn strakker. Hierdoor kan het missen van één specifiek steentje je héle plan in de war schoppen bij de originele Azul, dus het loont om heel vijandig te denken.

In deze derde variant op het originele spel, hebben ze dus eigenlijk moeite gedaan om dit effect te verminderen. En het werkt: de open voorraad is groot genoeg voor iedereen en omdat je stenen niet direct hoeft te plaatsen, kan je gewoon je plan veranderen als iemand je iets afpakt. Meestal.

Is dit goed? Ik heb het liefst mijn spellen met 120% interactie, dus ik vind het jammer :p Maar de mensen om mij heen denken daar anders over, en ik zie daar duidelijk het effect van deze “relaxation” van de regels. Zelfs als je elkaar irriteert in Zomerpaviljoen, is de reactie vooral “ah stom, laat ik gaan nadenken hoe ik nu op een andere manier mijn plan kan voltooien”, in plaats van “ah stom, nu kan ik geen ene reet meer, en mijn mozaïek komt nooit af!!!”

Vandaar mijn aanbeveling: dit spel is niet voor de hardcore gamers, het is een betere “familievariant” van Azul, dan Azul zelf.

De reden dat ik het spel ook niet aanraadt voor de echte “rekenaars” onder ons, is dus omdat bijna alles vaststaat en openbaar is. De voorraad is openbaar. De factories zijn openbaar. Wat andere spelers willen hebben is openbaar. De “kosten” van elke zet zijn compleet transparent. Als interactie dan ook nog minimaal is, zou je dus in theorie de perfecte zet kunnen uitrekenen, elke ronde weer. Sommige mensen kunnen dat niet laten, wat de ervaring minder maakt voor zowel henzelf als alle medespelers.

Spelregels

Het is een trend onder spellenmakers om spelregels op groot papier te zetten en zo min mogelijk pagina’s.

Ik snap dit niet.

Zulke grote pagina’s zijn heel overweldigend. Het is makkelijk om ergens een zinnetje te missen, de kolommen zijn te breed, je weet niet precies waar elk plaatje nou precies een voorbeeld van is. Bovendien maken ze de koppen (zoals “FASE 1: Blabla”) veel te klein, waardoor je de structuur ook verliest.

Als laatste vinden ze het leuk om spelregels in paragrafen te stoppen, in plaats van een korte lijst, of een duidelijk diagram, of iets dergelijks.

In de regels staat bijvoorbeeld, over de actie “pak tegels uit het midden van de tafel” (want in mijn ogen geen aparte sectie/actie had moeten krijgen)

Neem alle tegels van dezelfde kleur, die deze ronde niet de jokerkleur is, van het midden van de tafel en leg deze naast jouw spelerbord. Als er één of meer tegels van de jokerkleur in het midden van de tafel liggen, moet je daarnaast precies één van deze jokerstegels nemen. Als er enkel tegels van de jokerkleur in het midden van de tafel liggen, mag je slechts één jokertegel nemen.

Als je in de huidige ronde de eerste speler bent die tegels kiest uit het midden van de tafel, pak je het startspelerfiche en legt deze naast jouw spelersbord.

Zet je scoresteen een aantal vakjes achteruit op het scorespoor gelijk aan het aantal tegels dat je deze beurt hebt genomen, maar niet verder terug dan het eerste vakje. Als je scoresteen al op het eerste vakje staat, mag je alsnog tegels uit het midden van de tafel nemen zonder je scoresteen achteruit te zetten.

Wat een hoop tekst. En dat voor iets heel simpels! Je zegt gewoon:

  • Neem alle tegels van dezelfde kleur uit het midden.
    • Is dit de jokerkleur? Je mag slechts één tegel pakken.
    • Zo niet, moet je een extra jokertegel pakken, als die er ook ligt.
  • Ben je de eerste die deze ronde uit het midden pakt? Je wordt startspeler en krijgt evenveel minpunten als je tegels pakt.

Concepten zoals “het midden is ook gewoon een factory”, je punten houdt je bij op het scorebord, en de startspeler krijgt het startspelerfiche zouden al uitgelegd moeten zijn (en zijn tevens vrij overduidelijk).

Door deze rare berg van tekst, hadden we pas halverwege ons eerste potje door dat er méér manieren waren om punten te scoren, dat je niet alleen jokers kon gebruiken bij het plaatsen van een tegel (minstens eentje moet de originele kleur zijn), en dat de startspeler aan het einde van een ronde wordt gereset.

Dus nee, ik had weinig plezier bij het lezen van deze regels. Maar ze zien er prachtig uit, met al die kleuren en decoraties, dus dat is iets?

Een tip

Toen ik dit spel voor het eerst uitlegde, had mijn medespeler het concept van “omsluiten” verkeerd begrepen. Ik had gezegd, en laten zien, dat je simpelweg een steen aan alle kanten moest hebben liggen. Normaal gesproken zijn dat vier zijdes.

Máár, hoekramen hebben maar twee zijdes, en dat voorbeeld gaf ik als laatste. Dus had mijn medespeler in haar hoofd “oké, omsluiten betekent tegels aan twee zijdes leggen”.

Tja, dat heeft ze de helft van het spel fout gedaan, totdat ik het opmerkte en haar corrigeerde :p (Ze won met aanzienlijk meer punten dan ik.)

Dus een tip: geef het voorbeeld van de hoekramen niet als laatst, of geef de definitie van omsluiten en houdt het daarbij. Dat is simpel genoeg, lijkt me. En let in de eerste ronde(s) goed op of alle spelers daadwerkelijk de regels volgen

Maar deze gebeurtenis gaf me wel de mogelijkheid om te zien wat dit spel doet: mijn medespeler had ongelofelijk plezier tijdens het spel, omdat ze zoveel stenen had en perfect haar sterren kon afmaken. Ik denk dat zij, persoonlijk, deze variant van het spel nóg leuker vind dan de eigenlijke regels. Die dwongen mij namelijk om flink hard na te denken, en alsnog honderd stomme fouten te maken, waardoor ik uiteindelijk maar één ster wist te voltooien.

Materiaal & Details

Het toevoegen van een toren waarin je de stenen weggooit, is nog handiger dan ik dacht. Het haalt alle rommel van tafel, maakt het verwisselen van stenen (als ze op zijn) héél snel, en het opbergen van het spel ook.

Bovendien zijn de borden mooier en duidelijker dan het originele Azul. Ik snap niet wat ze dachten bij het origineel—een gezamenlijk scorebord met daarop een herinnering aan alle regels is altijd beter.

De regels zijn gestroomlijnder, uitleg duurde nooit langer dan 5 minuten, en spelen niet langer dan het hoogste getal aangegeven op de doos.

De details kloppen, het spel is uitdagend en gevarieerd, en ik weet zeker dat ik beter word naarmate ik het meer spel. (Dat betekent dat ik meer strategieën ontdek én meer interactief kan zijn.)

De conclusie? Dit spel is in alle opzichten beter dan het origineel, behalve dan het feit dat ik die iets strakkere interactie en plaatsingsregels van het origineel mis. Maar dat is slechts een persoonlijke voorkeur 🙂

Bonus: wat ik leerde van dit spel

Ik ontwerp dus zelf spellen. En ik ben ambitieus. Dus ik kijk altijd graag wat ik kan leren van betere ontwerpers dan ik!

Ten eerste: letterlijk alle manieren om te scoren staan op het gezamenlijke scorebord. Dit zorgt ervoor dat alles dat met score of punten te maken heeft, op precies dezelfde plek staat. Heel duidelijk en overzichtelijk.

Ten tweede: het hoofdmechanisme van Azul is op zichzelf al interessant. Het principe “ik mag kiezen, maar alles wat ik niet kies kan de rest een voordeel geven” is erg sterk in spellen. Doordat je óók nog eens de opties een klein beetje veranderd—want de niet-gekozen stenen gaan met z’n allen naar het midden—heb je al meteen een goed spel.

Ten derde: ik benoem nogmaals het systeem met de jokers. Jokers zijn altijd goed, omdat ze één ding zijn, maar je kunt ze wel voor meerdere dingen gebruiken. Dus ze geven opties, maar uiteindelijk moet je één ding kiezen en de rest definitief laten varen.

Door de joker elke ronde te laten veranderen, word de betekenis van elk steentje nóg dynamischer. Maar, als dit willekeurig zou zijn geweest, zou het totaal niet hebben gewerkt. Het werkt alleen omdat je precies weet in welke ronde welke kleur de joker wordt.

Een bijkomend voordeel is dus dat elke ronde anders aanvoelt. Ik merk steeds meer dat het goed is om een soort “arc” te hebben in je spel, een ontwikkeling of spanningsboog, net zoals (goede) verhalen dat hebben. Als je elke ronde precies dezelfde fases en stappen herhaalt, dan, tja, valt het spel in herhaling. Zoiets simpels als elke ronde een andere “speciale kleur” kiezen doet al wonderen, vooral als je het ziet aankomen.

Ten vierde: als je mooie tastbare onderdelen in je spel hebt, zorg dan dat spelers er zoveel mogelijk aan kunnen zitten :p

Bonus: waarom het origineel mij eerst verwarde

Oké, dit zijn dus de regels van het origineel. Ik ga parafraseren, omdat de regels wederom bestaan uit veel te lange paragrafen, zinnen, en herhalingen.

Hier noem ik de sectie links de “rijen” en de sectie rechts je “mozaïek”. In de rijen moet je tegels voorbereiden, die je daarna doorschuift naar je mozaïek om punten te scoren.

Originele Regels

Tegels pakken:

  • Plaats de tegels die je pakt meteen van rechts naar links op lege plekken in een rij.
    • Alle tegels in een rij moeten dezelfde kleur zijn
    • Als je meer tegels hebt dan plekken, moet je alle overgebleven tegels verplaatsen naar je vloer ( = een andere plek, later minpunten waard)
    • In latere rondes geldt ook de volgende regel: je mag geen tegels plaatsen in een rij van een kleur die ook al op dezelfde rij in je mozaïek zit.

Tegels doorschuiven naar je mozaïek:

  • Ga van boven naar beneden door je rijen
  • Van elke complete rij, schuif één steen door naar de juiste plek in je mozaïek, haal de rest weg.
  • Alle overige rijen blijven gewoon staan

Punten scoren:

  • Voor elke tegel die je hebt doorgeschoven, krijg je een punt, mits hij géén deel uitmaakt van een reeks.
  • Voor elke aaneengesloten reeks waarvan de nieuwe tegel deel uitmaakt, zowel horizontaal als verticaal, krijg je ook één punt per tegel. Inclusief de doorgeschoven tegel.
  • Je krijgt minpunten voor elke tegel op je vloer (aangegeven op het bord). Leeg daarna de vloer.

Einde: zodra één iemand een hele horizontale rij volheeft in diens mozaïek, eindigt het spel.

Mijn problemen

Ten eerste: het kostte mij veel moeite om de regels zo kort en duidelijk op te schrijven. De spelregels zijn wederom 6 grote pagina’s met subsecties/plaatjes/gekleurde vlakken all over the place. Hoewel ik ze qua visueel ontwerp duidelijker vind dan Zomerpaviljen.

Maar nog belangrijker: hier zitten wat knelpunten in.

  • Tegels van rechts naar links neerleggen? Compleet niet intuïtief voor Westerse mensen.
  • Die zin “in latere rondes geldt ook de volgende regel … " is onhandig. Niet tijdens het spel nog regels toevoegen of weghalen. Daarnaast is dit nét te veel: het is makkelijk te vergeten om dit te checken, zeker als het zo is verwoord.
  • In de regels doen ze heel moeilijk met “schuif de meest rechtse tegel door” en “maak vervolgens alle rijen leeg waarvan de meest rechtse tegel is verwijderd”. Waarom zou je het zo moeilijk opschrijven? Wat ik hierboven typte heeft precies dezelfde functie en is eigenlijk precies wat je als speler zou verwachten.
  • Het is makkelijk om te vergeten dat je een nieuwe tegel nóg een keer telt als ze een reeks vormen, maar dat je niet het ene standaardpunt krijgt als er reeksen zijn. Dat klinkt toch gewoon onnodig verwarrend? Die tegel kan dus ook twee punten opleveren als je twee reeksen hebt. Maar niet drie punten: een voor zichzelf, een voor de horizontale reeks, een voor de verticale.
  • Vervolgens krijg je ook nog extra bonussen voor van alles en nog wat, aan het einde van het spel. Maar die staan slechts klein aangegeven in een hoekje van je persoonlijke spelersbord. En ze worden niet genoemd of gerefereerd in de hele rest van de regels. Dat is op zich … oké, maar het liefst maak je de manier van scoren zo intuïtief, dat het precies te maken heeft (of aansluit op) de speelregels zelf.
  • Bovendien heeft dit spel een trucje waarbij het startspelerfiche óók een tegel is, die je dus op je vloer moet plaatsen en minpunten oplevert (afhankelijk van wanneer je hem plaatst). Grappig, leuk bedacht, maar onnodig veel regels voor iets dat nieuwe of onervaren spelers even koppijn gaat bezorgen.*
  • (En als je nét te weinig tegels pakt, of nét de verkeerde kleur, kan je zomaar niks zinvols doen tijdens je beurt.)

*Online stellen veel mensen hier vragen over, die vervolgens ook nog worden beantwoord met het foute antwoord: het startspelerfiche is één minpunt waard.

Dat is dus niet zo. Als je pas heel laat het fiche pakt, kan het zijn dat je vloer al redelijk vol zit, en dat het dus twee of drie minpunten oplevert. Te onduidelijk!

Ondanks dat ik denk dat deze regels voor sommige spelers—waaronder ikzelf—een beter spel zullen opleveren, zijn er wat meer hobbels en mentale stappen om te zetten dan in Zomerpaviljoen. En ik speel spellen toch graag met andere mensen. Die ze ook leuk vinden en begrijpen na een zeer korte uitleg.

Dat was mijn hele punt.