Header / Cover Image for 'Boekrecensie: His Dark Materials (Philip Pullman; 1996-2002)'
Header / Cover Image for 'Boekrecensie: His Dark Materials (Philip Pullman; 1996-2002)'

Boekrecensie: His Dark Materials (Philip Pullman; 1996-2002)

De trilogie His Dark Materials (de Noorderlichttrilogie in het Nederlands) staat al een tijdje op mijn leeslijst, maar elke keer schoof ik hem naar achter met het idee van “het zijn eigenlijk kinderboeken”.

Bovendien gaf de titel, hoewel zeer uniek en intrigerend, mij een compleet verkeerd beeld van de inhoud. Met een naam als “His Dark Materials” verwachtte ik een stoffig, duister boek vol filosofisch geneuzel. (Overigens, na het lezen van het boek, kan ik niet zeggen dat “Noorderlichttrilogie” een passendere benaming is. Dat hele Noorderlicht komt na deel één nergens meer terug.)

Maar toen zag ik dat er een serie uit was gekomen met goede recensies die mijn interesse opnieuw aanwakkerde. Ik wilde zoals gewoonlijk eerst de boeken lezen en dan pas de serie kijken, dus dat heb ik gedaan. (En voor de verandering heb ik de serie in het Nederlands gelezen, niet in het Engels! Driewerf hoera!)

Wat is mijn eindoordeel? Ik geef de trilogie een 9 uit 10 sterren. (Deze recensie is spoilervrij tot aan de spoilergrens.)

★★★★★★★★★☆
Een sterk en interessant thema dat goed verweven is met alles, personages die daadwerkelijk groeien, vlot geschreven … maar ook wat gemiste kansen, dipjes, en onduidelijkheid over of het nou “fantasy” wil zijn of niet.

In het kort

Het verhaal en de opgebouwde werelden kennen veel interessante elementen. Het is te merken dat het een “kinderboek” is, maar alleen op de goede manieren: het tempo zit er lekker in, het wordt nergens te moeilijk of stoffig, het verhaal gaat echt mee in de belevingswereld van de hoofdpersonen en durft fantastisch te zijn.

De schrijfstijl is vlot en goed leesbaar. Het is een meer traditionele “alwetende verteller”, die soms hints geeft naar wat er gaat gebeuren of wat iemand anders ergens bij voelde, wat ik altijd goed vind passen bij kinderboeken vol fantasy elementen. Soms werden er zelfs … grappige opmerkingen tussen haakjes gezet! Uit den boze volgens alle editors, maar ik vond het leuk. Het geeft het idee alsof je grootvader het verhaal bij het haardvuur voorleest.

Zowel het begin als het einde vond ik erg sterk, daartussenin leek de schrijver soms ineens een heel ander verhaal te willen schrijven. Niet per se slecht, gewoon … anders dan wat ik hoopte. Of misschien voral anders dan wat ik verwachtte, na de eerste tientallen hoofdstukken van de trilogie.

En als laatste is het thema iets dat mij aanspreekt. Ik ben ook niet zo’n fan van godsdienst en hun rare praktijken, dus een boek waarin twee tieners letterlijk op een missie zijn om God te doden … ja, daar kan ik wel inkomen. (Natuurlijk, het is een stuk genuanceerder dan dat, maar de schrijver heeft het zelf ooit voor de grap zo samengevat, dus ik vind dat het mag.) Ik vond het thema goed uitgewerkt en verweven met alle verhaallijnen, maar misschien vind ik dat alleen maar omdat ik het ermee eens ben.

Desondanks heeft de trilogie me niet zo kunnen bekoren als andere verhalen. Ik vond enkele dingen matig uitgewerkt. Afgeraffeld wanneer ik meer wilde zien, of juist te lang bij stilgestaan als ik het irrelevant vond. Ik weet niet precies waar dit gevoel vandaan komt, want ik zou niet één moment kunnen aanwijzen waarop het verhaal duidelijk een “dieptepunt” bereikte voor mij. Waarop het overduidelijk “saai” of “onsamenhangend” werd. Het is meer een algemeen gevoel van: dit verhaal had beter kunnen zijn en dan had ik mij er meer mee verbonden.

Dus dat is de eindconclusie: een erg goed verhaal, zeker aan te raden (ook voor oudere lezers, of niet-fantasy fans), maar niet “oh mijn god, geweldig, perfect!”

Ondanks deze vage uitspraken, ga ik hieronder toch nog proberen om ze te beargumenteren en te onderzoeken waarom bepaalde onderdelen zo goed of zo slecht waren.

Wat is het idee?

Lyra is een weesmeisje die is achtergelaten bij het Jordancollege en daar nu tussen de geleerden woont en opgroeit. Haar wereld lijkt sterk op de onze, maar met een aantal noemenswaardige veranderingen. De belangrijkste daarvan is dat iedereen een daemon heeft: een fysieke manifestatie van je ziel, in de vorm van een dier, die altijd bij je is en niet té ver uit je buurt kan geraken. Je kunt met je eigen daemon praten, je kunt hem aanraken, maar het is ten strengste verboden om andermans daemon aan te raken!

In de allereerste scene van het boek zien we dat haar machtige oom (Lord Asriel) langskomt … en dat de rector van het college hem probeert te vergiftigen. Dat mislukt door tussenkomst van Lyra! Maar, die mocht eigenlijk helemaal niet in die kamer zijn, waardoor ze vervolgens de toespraak van haar oom meekrijgt.

Deze gaat over bijzondere waarnemingen. Een mysterieuze materie, genaamd Stof, schijnt in grote mate aanwezig te zijn bij volwassenen maar niet bij kinderen. Om het nog interessanter te maken: als je een foto maakt met een camera die specifiek “Stof” kan herkennen, zie je in het Noorderlicht een grote stad in de hemel zweven!

Nou, om dat eens lekker te onderzoeken wil Lord Asriel geld krijgen en een nieuwe grote expeditie opzetten.

Dat is de eerste scene van het boek. Vervolgens leer je meer over Lyra’s leven, verdwijnt haar oom natuurlijk plots van de aardbodem, probeert ze te ontdekken wat dat “Stof” nou eigenlijk betekent, en voor je het weet heb je een gigantisch avontuur door meerdere werelden.

Terwijl er langzaam een oorlog ontstaat tussen mensen die vóór Stof zijn en mensen die tégen zijn, ontdekt Lyra langzamerhand wat dat betekent, en vooral wat haar (zeer belangrijke) plek in dat geheel is.

Dat is de beste samenvatting die ik kan geven, zonder spoilers. Tijdens het lezen hebben meerdere mensen mij gevraagd “wat lees je nu?” of “waar gaat het dan eigenlijk over?” … en ik kon het nooit uitleggen. Dat heb ik nooit eerder gehad. Het boek was interessant, ik wilde doorlezen, maar in één (of een paar) zinnen het boek uitleggen aan onwetenden? Een onmogelijke opgave.

De uitleg hierboven doet het verhaal dan ook geen recht, maar beter kon ik het niet formuleren.

Spoilergrens!

Vanaf nu ga ik spoilers geven! Gij zijt gewaarschuwd.

Personages

Voor de personages heb ik niets dan lof. Eindelijk, eindelijk, een kinderboek dat de volwassenen niet neerzet als incapabele idioten, zodat de jonge hoofdpersonen slimmer en leuker lijken. Nee, iedereen in het boek heeft z’n eigen karakter, zijn eigen waarde, en ze zijn consistent in hun handelen.

Vooral Will vond ik interessant. (Hij verschijnt pas aan het begin van deel twee, maar is ongelofelijk belangrijk voor het hele verhaal, wat op zichzelf al een prestatie is.) Vanwege zijn zieke moeder heeft hij op jonge leeftijd geleerd om zich zelfstandig en volwassen te gedragen.

Waar Lyra de stuiterbal is die altijd liegt en tegenwerkt en de boel in de problemen brengt, is Will enorm rustig en rationeel en opgeruimd. Als ze samen in een verlaten stad komen, staat hij erop dat ze spullen netjes afwassen, en betalen voor het eten dat ze pakken. Binnen enkele scenes heeft de schrijver een soort respect bij mij weten op te bouwen voor de persoon Will. Ik kan me geen enkel ander verhaal bedenken met een kinderlijk hoofdpersonage dat iets soortgelijks doet.

En wat is het gevolg van die twee hoofdpersonages bij elkaar? Ze beïnvloeden elkaar. Langzaam, over tijd, terwijl ze de dingen meemaken. Omdát ze dingen meemaken.

Eindelijk, eindelijk, een boek waarin de (hoofd)personages een ontwikkeling doormaken. Een logische ontwikkeling, die je voelt, die je met ze mee maakt, en die uiteindelijk tot een—in dit geval hartverscheurend—eindpunt komt.

(On)voorspelbaar

Voor het grootste deel was het verhaal onvoorspelbaar. Dat komt niet omdat het een verhaal is dat aan elkaar hangt van plot twists en shock momenten. Integendeel! Dat komt omdat de opzet zo breed is dat ik hem dus niet eens kan uitleggen. En omdat Lyra zelf ook geen flauw idee heeft wat er aan de hand is, dus dan kan ze ook niks “weggeven” aan de lezer, en het is niet vervelend om constant “verrast” te worden door gebeurtenissen.

Desondanks kon ik de grote lijnen al wel ver van tevoren zien. Toen Mary bij de Mulifa kwam, wist ik al ongeveer hoe die verhaallijn zou lopen (over evolutie en de samenwerking binnen de natuur). Halverwege deel 2, maar zeker toen men zei dat Lyra “de rol van Eva moest spelen”, wist ik al dat zij en Will verliefd zouden worden … en dat het een verboden liefde zou zijn, of eentje waarvoor ze iets moesten opgeven.

Dit was niet per se storend. Er zijn waarschijnlijk ontelbare gebeurtenissen in het boek die ik had kunnen zien aankomen als ik iets meer verstand had van de inhoud van de Bijbel, want het telt veel metaforen en vergelijkingen met betrekking tot die tekst. En dat is ook het hele punt van het boek: je kan diezelfde verhalen ook uitleggen zonder het belang van een autoritaire God die iedereen moet vereren.

Dus dit is slechts een klein minpuntje, omdat de paar verhaallijnen die ik kon voorspellen automatisch … traag en irrelevant aanvoelden. Je leest toch omdat je benieuwd bent naar wat er gaat gebeuren. Omdat je vragen hebt die je wil beantwoorden. Als je al 95% zeker bent van het eindpunt en het antwoord, tja, dan is honderden pagina’s lezen toch iets minder leuk.

Fantasy & Wereld

Zoals ik eerder zei: de opgebouwde wereld is zeer interessant. De fantasy-elementen zijn niet al te gek, maar tegelijkertijd geen dingen die ik al eerder was tegengekomen. (Ik zou willen dat die ontelbare fantasyboeken die draken overal doorheen gooien dat eens zouden leren …)

Het moment aan het einde, waarin iedereen dus weer voorgoed “vast zit” in hun eigen wereld, vond ik verdrietig. Men zou al die andere werelden nooit meer zien! Je hebt alleen nog maar die ene wereld waarin je toevallig geboren bent!

Ik had best nog wat meer avonturen in elke wereld willen lezen, wat een groot pluspunt is voor de worldbuilding.

Maar tegelijkertijd zijn de paar werelden die we bezoeken toch ook behoorlijk … hetzelfde. Daar had mijns inziens véél meer variatie in kunnen zitten. (Er is één scene waarin Will en Lyra letterlijk een paar verschillen benoemen, en het gaat weinig verder dan “hé, wij hebben geen koelkasten” en “hé, noem jij dat stroom? Wij noemen dat anbarische energie!”)

Dat valt misschien te verklaren met het feit dat dit boek geen échte fantasy is. Dat heeft de schrijver zelf ook gezegd: “it’s not fantasy, it’s stark realism

En misschien wringt daar de schoen het meeste voor mij. De schrijver lijkt overtuigd, maar ik niet. Hij heeft wel degelijk een fantasy geschreven, maar dan zonder veel goede en leuke elementen van fantasyverhalen. Hij had één richting moeten kiezen, niet in het midden moeten hangen. Want nu heb je inderdaad een boek dat vrij … “normaal” is, ondanks het feit dat je allerlei parallele werelden hebt, en heksen, en dat ze letterlijk met Gods leger vechten. Een boek dat probeert een hoopvolle, actieve boodschap te geven … maar tegelijkertijd dus grimmig en duister is zonder een sprankje magie.

Hier zie ik dan ook de meeste gemiste kansen ….

Gemiste kansen

Ik zal slechts een paar voorbeelden geven die nu in me opkomen. Tijdens het lezen dacht ik veel vaker “ah, gemiste kans” … maar ik ben nog niet zo georganiseerd dat ik zoiets netjes opschrijf en bijhoudt :p

Voorbeeld 1

Het boek introduceert heksen, engelen, gepantserde beren, spoken, niet te verwarren met geesten, en nog wel meer. Heel interessant!

(Vooral dingen zoals “spoken”. Ze vallen alleen volwassenen aan, maar maken ze niet dood. Erger nog: ze halen je hele eigen geest en persoonlijkheid en wil weg, maar laten je in leven.)

Maar de meeste krijgen slechts en passant wat uitleg en achtergrond. En als ze eenmaal hun functie in het verhaal hebben vervuld? Hupsakee, die zie je een heel boek niet meer terug!

De heksen hebben werkelijk overal mee te maken in het begin van de trilogie, met name Serafina Pekkala. Maar in de laatste helft van de trilogie is zij simpelweg verdwenen. Wat heeft ze precies gedaan? Waarom was ze weg? Waarom hielp ze niet? Onduidelijk!

Hetzelfde met de beren. Die komen eigenlijk vooral tevoorschijn als ergens een groot gevecht gaande is, om lekker om zich heen te meppen, daarna wandelen ze weer uit het verhaal.

Dat is een groot minpunt voor de worldbuilding. De wereld voelt nu niet als één groot, levend, dynamisch geheel—slechts een hoop unieke, afgesloten plekjes die alleen worden besproken als ze relevant worden voor het plot.

Voorbeeld 2

Grote delen van het verhaal worden opgevuld met “ze liepen van A naar B, ze sliepen, ze verzamelden water om te drinken, de kalme dagen vlogen voorbij op het schip (maar we gaan er toch heel wat paragrafen aan besteden)”

Ofwel, de technische details van rondtrekken door natuur of algemeen rondreizen. (Hoewel ze nooit iets zeggen over, weet ik veel, dat de hoofdpersonen moeten poepen in de wildernis :p)

Is dat nodig? Ik vind van niet. Het haalde me uit het verhaal en distantieerde me van de emotie. Dat is een grote reden voor mijn “het boek is goed, maar niet geweldig”.

(Maar dit minpunt geef ik bijna altijd. Misschien moet ik accepteren dat boeken nooit een “perfect” tempo kunnen hebben, dat nooit alle scenes even relevant en spannend en belangrijk zijn. Toch vind ik het in dit geval gewaarborgd, want die zinnen hierboven beslaan écht meer pagina’s dan nodig.)

Voorbeeld 3

Aan het begin van boek 2, wekt men de de suggestie dat Lord Asriel al eeuwen zijn leger en fort aan het bouwen moet zijn. Dat kan anders nooit zo snel zijn gebeurd! Waar haalt hij al dat geld en macht vandaan? Waarom luistert iedereen naar hem?

Dat leek me interessant. Dat hij stiekem een speciaal figuur was, of al eeuwenlang een plan uitwerkte.

Dat kon ook samenwerken met dat mysterie dat 3 eeuwen geleden alle Stof ineens veranderde en wegging. Want nu was de oplossing van dat mysterie wederom voorspelbaar: toen ontstond ook het mes en de Spoken, die hebben een hoop laten ontsnappen. Dat had ik al 90% uitgevogeld vér voordat de langdradige uitleg kwam.

Maar … uiteindelijk gebeurt daar gewoon niks mee. Lord Asriel blijkt ook maar een mens die toevallig veel geld had en een groots plan.

Dit is iets heel kleins, maar dit soort kleine dingetjes zitten door het hele verhaal. Hoe word je een engel? Onduidelijk! Hoe hebben ze precies dat listige mes kunnen maken, waarom waren zij de enige, waarom wist niemand anders het al die eeuwen niet? Onduidelijk!

Daarmee kom ik bij het laatste punt.

Iets om over na te denken

Dit boek laat je vooral achter, als je het net uithebt, met veel om over na te denken.

Dit boek kent véél metaforen, vergelijkingen met echte Bijbelse verhalen en uitspreken, verborgen boodschappen en dergelijke. Echter, veel daarvan worden zó subtiel benoemd of neergezet, dat het er niet echt staat. Je mist het compleet, tenzij je er naar zocht of al een grote voorkennis had.

Maar misschien is dat nou juist het punt van het boek: het gaat over wijsheid versus domheid. Hoe de Autoriteit probeerde iedereen dom te houden, maar Stof juist werd aangetrokken toen mensen zelf gingen nadenken en reflecteren en studeren.

Dus ja … is het dan niet heel passend dat het boek zelf ook oproept tot een grote mate van reflectie?

Dat is iets om over na te denken. Hoe meer ik terugdenk aan het boek, hoe meer kleine boodschappen ik vind, verborgen metaforen, relaties die ik eerder niet (of niet zo duidelijk) had gezien. Dat kan ik zeer waarderen. Dat maakt een boek méér dan slechts een reeks gebeurtenissen op een pagina gedrukt.

Maar omdat het zoveel open laat, omdat het zo vaag is, kan ik er dus geen goed gevoel bij plakken. Misschien is het wel té filosofisch, in dat opzicht. Misschien heeft het tijd nodig.

En zodoende kan ik ook weinig meer zeggen over wat er in het boek staat. Het enige dat ik vrij zeker weet, is de “eindconclusie” van het boek …

De “eindconclusie”

Met “eindconclusie” bedoel ik de grote, alomvattende, belangrijkste boodschap die het verhaal wilde doorgeven. Op welke noot het eindigt, zeg maar.

Dit boek zegt heel duidelijk: “Er is maar één wereld: de echte.”

Het laat zien dat je niet moet dromen van een hemel waar alles beter is, als je eenmaal dood bent (en je hele leven hebt gewijd aan het vereren van een of andere God).

Je moet het hemelrijk bouwen op de plek waar je bent. Want de wereld waarin je leeft, de échte wereld, de realiteit, dat is de enige die ertoe doet.

Ik vond het een prachtige boodschap en ook prachtig neergezet. De manier waarop het boek eindigt, met simpelweg enkele hoofdstukken vol beschrijving van de natuur, de geuren, de geluiden, de prachtige zon, het ontmoeten van mensen waarom je geeft, al die ervaringen. Het geeft je écht het gevoel van: ja, er is ook maar één ding dat er toe doet. Het nu. Deze wereld. Deze ervaringen. Er zo veel mogelijk van meemaken en genieten, zonder zorgen over het verleden, of over een eventuele toekomst (voor of na je dood).

En hoe meer ik erover nadenk, hoe meer het boek deze boodschap in alle facetten ondersteunt.

God die doodgaat is eigenlijk … irrelevant. Er wordt héél kort aandacht aan besteed, verder verandert er niks en heeft niemand het er meer over. Lyra en Will weten niet eens dat ze God hebben vermoord. (Waarbij God dus simpelweg de eerste Engel was, die inmiddels al oud en zwak was.)
Lyra die een “uitgang” uit de dodenwereld maakt, zodat doden niet voor eeuwig in een verschrikkelijke hel ronddwalen, maar zichzelf terug kunnen geven aan de natuur en het leven. Dat is al mooi! Maar het feit dat ze dit moeten doen door de harpijen te overtuigen—middels ware verhalen over hun leven, over wat ze hebben meegemaakt en gevoeld—maakt het extra af.

Dit boek is een testament aan de boodschap: “leef je leven, geniet van het nu, ontwikkel jezelf en denk voor jezelf”

Als het boek zelf nét wat meer spanning, entertainment, samenhang en tempo had gehad … was die boodschap genoeg om het een overtuigende 10 sterren te geven 🙂

P.S. Nu ga ik wachten tot het laatste seizoen van de serie His Dark Materials uitkomt. Dan kan ik over een jaar alles terugzien, hopelijk samen met anderen (om te kijken wat zij vinden), en misschien heb ik dan wel véél meer inzichten gehad.

P.P.S. Er zit echt véél meer in dit verhaal dan ik hier bespreek. Ik probeer het echt kort te houden, zonder dat de recensie uitbreekt in een onnavolgbare brij van statements en meningen.