Header / Cover Image for 'Over het uitwissen van discriminatie en verleden'
Header / Cover Image for 'Over het uitwissen van discriminatie en verleden'

Over het uitwissen van discriminatie en verleden

De laatste maanden wordt het nieuws vaak gedomineerd door discussies over dingen die “echt niet meer kunnen” of “echt niet meer van deze tijd zijn”.

Oude televisieprogramma’s worden van de buis gehaald of voorzien van een waarschuwende melding dat de serie “een oud tijdsbeeld vertegenwoordigt en niet de visie van het netwerk”

Straatnamen worden aangepast, vaak omdat er teveel mannelijke namen zijn óf omdat de personen in kwestie in hun leven verschrikkelijke dingen hadden gedaan.

Om diezelfde reden bekladden sommige groepen gebouwen en standbeelden, of trekken deze zelfs van hun sokkel af, omdat ze iets vertegenwoordigen wat in hun ogen discriminerend is.

Terminologie in veel (wetenschappelijke) vakgebieden wordt aangepast omdat het disciminerend zou zijn, van hemelobjecten die niet meer “Eskimonevel” mogen heten, tot blokkeerlijsten die je niet meer “zwarte lijsten” mag noemen.

Zelfs bordspellen worden aangepast, zoals “Kolonisten van Catan” dat nu “Catan” heet en spellen met slaven die uit de markt worden gehaald of opnieuw geprint zonder deze elementen.

Stemacteurs zouden alleen nog personages mogen inspreken met hun eigen huidskleur, acteurs zouden alleen een homoseksueel mogen spelen als ze zelf homoseksueel zijn, en elk verhaal moet een gelijke verdeling hebben qua geslacht en afkomst, anders is de schrijver een gemeen persoon.

Natuurlijk is er de herhaaldelijke roep om genderneutrale aanduidingen, want vuilnisman is overduidelijk discriminerend, en als kers op de taart is onlangs het geschiedeniscurriculum aangepast zodat het andere woorden gebruikt en enkele andere personen belicht.

Ik zie al jarenlang deze berichten voorbijkomen.

In eerste instantie dacht ik: “hmm, zit wat in, dat is niet allemaal onzin wat ze zeggen!”

Na nog meer nadenken en onderzoek doen, sloeg dat om naar een andere kant: “wat een volslagen gestoorde onzin!”

En nu, zeker na de berichtenstroom van de laatste maanden, ben ik uitgekomen richting het midden.

Dit is mijn definitieve, harde conclusie: “wat een … begrijpelijke onzin”

Sta mij toe om dit uit te leggen. Geef me de kans om te verklaren waarom ik dit een slechte maar begrijpelijke ontwikkeling vind, die het liefst zo snel mogelijk moet worden gestopt. Wat je mening ook moge zijn, hou hem even voor je terwijl je leest, en laat me dan in de comments weten of ik ergens de plank volledig heb misgeslagen.

Waarom zijn deze dingen een probleem?

Laten we teruggaan naar het begin. Waarom zijn al deze dingen een probleem? Waarom spreekt men over schande, van een simpele “woordkeuze die niet van deze tijd is” tot ronduit “institutionele racisme en discriminatie”?

Antwoord 1: Het is onduidelijk

Om eerlijk te zijn, soms is dit oprecht niet te achterhalen.

Neem bijvoorbeeld de naamsverandering “Kolonisten van Catan” naar “Catan”. Ik speel veel bordspellen, dus ik krijg van iedereen te horen dat de naam is veranderd en dat het racistisch is als ik “Kolonisten van Catan” zeg. Dat blijkt dus helemaal niet waar. Alle kranten namen het nieuws over, evenals allerlei social media, terwijl het helemaal niks daarmee te maken heeft.

De uitgever (999 games) zegt dat in een heel duidelijk persbericht: https://www.999games.nl/nieuws/persbericht-catan

Ze hebben besloten om de naam in te korten naar iets wat wereldwijd, ongeacht taal, kort en herkenbaar was: Catan. Dat was al in 2014 besloten en overal toegepast.

Als je aan mensen vraagt waarom het discriminerend is, dan hebben ze vaak ook weinig te melden. Je hoort zoiets als “Het doet mensen denken aan ons koloniale verleden!” of “Want kolonisatie is slecht!”, alsof dat argumenten zijn.

Vechten en dingen vernielen is slecht, toch speelt half Nederland voor de lol mobiele spelletjes waarin je dingen vernield/weghaald/bevecht. En je kunt sowieso niet controleren waar iets “mensen aan doet denken”. Misschien doet het woordje Catan me wel denken aan Katoen, en misschien ben ik wel allergisch voor Katoen, en vind ik dat aanstootgevend.

Ik overdrijf nu, dat weet ik, dit is maar om aan te geven dat soms niet eens te achterhalen valt waarom men iets wil veranderen, of dat de wijdverspreide informatie compleet incorrect is.

Een tweede voorbeeld, omdat het toevallig net voorbij kwam. De NASA heeft besloten geen discriminerende namen meer te gebruiken voor hemelobjecten: https://www.nu.nl/wetenschap/6069500/nasa-gebruikt-geen-discriminerende-bijnamen-meer-voor-hemelobjecten.html

Een hemelobject dat lijkt op een Eskimo, en daarom de naam “Eskimonevel” heeft gekregen, mag nu alleen nog worden aangeduid met zijn wetenschappelijke naam (NGC 2392). Waarom? Omdat de term “Eskimo” wordt gezien als een koloniale benaming met racistische achtergrond.

Een kort onderzoek zal uitwijzen dat dit niet waar is. Het is van oorsprong geen term met een negatieve lading, dat is wat sommige mensen ervan hebben gemaakt, en de alternatieve termen die men bezigt (zoals Inuit) zijn vaak veel onjuister (afhankelijk van over welke bevolkingsgroep ze proberen te praten).

Ik loop al jaren met mensen te praten over “Eskimo’s” en helemaal niemand “wist” dat dit een vervelende term was. Dat is natuurlijk geen bewijs voor wat dan ook, maar het geeft mij ook niet het idee dat mensen er duidelijk grote problemen mee hadden.

Antwoord 2: Ik kan het wel begrijpen

Maar in veel gevallen is het wél duidelijk vermeld of niet zo moeilijk om je in te leven in de motivaties.

Waarom gooit men een standbeeld van Columbus in de rivier? Omdat Columbus een stom persoon was die verschrikkelijke dingen heeft gedaan. Die zou niet moeten worden vereerd.

Waarom wordt dit televisieprogramma van de buis gehaald? Omdat er enkele stereotyperende personages of uitspraken inzitten.

Waarom mag het woord “zwarte lijst” (of zoiets als “blackhat hacker”, een illegale hacker) niet meer? Omdat het bepaalde bevolkingsgroepen associeert met een bepaalde negatieve eigenschap.

Mijn probleemstelling

Al deze problemen zijn eigenlijk samen te vatten als volgt:

“Het behandelde thema of het gebruikte woord kent (voor sommige mensen) negatieve connotaties. Daardoor zijn ze aanstootgevend of dragen ze bij aan het in stand houden van een schadelijk systeem.”

En, zoals ik net al aangeef, daar kan ik soms wel inkomen. Het is ook stom dat Columbus een standbeeld krijgt als er personen zijn die het meer verdienen. Het is vervelend als er een grote ongelijkheid is qua geslacht of afkomst in een vakgebied, en je wilt daar niet steeds aan herinnert worden of overal situaties zien die dit (lijken te) bevestigen.

Maar is deze reden sterk genoeg om iets te veranderen? En lossen zulke veranderingen daadwerkelijk iets op? Zijn ze een verbetering?

Het Logische Brein

Ik heb regelmatig betoogd dat je problemen eerst vanuit logica moet aanpakken en daarna vanuit emotie. Eerst kijken naar de feiten en de argumenten, daarna kijken of je met je hart een iets liefdevoller besluit kan maken.

Dat ga ik hier ook doen.

Logisch gezien is alles wat ik boven heb gezegd onzin, en wel om deze redenen:

  • Het zijn maar woorden. Woorden hebben het effect dat jij er aan geeft. Iets is een scheldwoord als jij dat ervan maakt. Je kunt ze negeren en gewoon doorgaan met je leven, je kunt je ertegen uitspreken, alles kan—je wordt op geen enkele manier tegengehouden. Kijk maar: jullie mogen mij allemaal een “rare snuiter” noemen in de comments, en dat heeft helemaal geen effect op mijn leven!
  • Ongelijkheid betekent geen discriminatie. Bijna 100% van de vuilniswerkers zijn mannen, maar dat komt niet omdat hordes vrouwen solliciteren maar vervolgens worden afgewezen.
  • Discriminatie is niet per definitie slecht. Discriminatie is niks anders dan dingen in verschillende hokjes stoppen op basis van (eventueel generaliserende) eigenschappen. We doen dit de hele dag door en daar hebben we enorm veel profijt van. Bovendien hebben we zoiets als positieve discriminatie om een achtergestelde groep te helpen.
  • Waardoor iemand wordt beledigd, of wat iemand aanstootgevend vindt, is compleet subjectief. (Waarover ik net ook al even sprak bij mijn Catan-voorbeeld) Je kunt hier geen algemeen beleid op toepassen, en zeker geen wet, want er is geen objectieve grens om te trekken.

Het hele idee achter vrijheid van meningsuiting is dat je een gezonde samenleving krijgt waarin iedereen zich kan uiten, maar ook meningen of ideeën kan aanhoren waarmee diegene niet comfortabel is. Een samenleving waarin iedereen dermate zelfstandig en kritisch denkt, dat zulke praktijken normaal zijn. Als je dit poogt te censureren, door middel van beleid of door middel van zoiets als “social shaming”, ondermijn je de basis van onze vrije democratie.

Dat klinkt als een hoop mooie woorden, maar denk er eens over na. Ik merk dat velen niet begrijpen hoe goed wij het hebben in Nederland. Hoe belangrijk deze vrijheid is voor ons functioneren en voorspoed. In veel andere landen zou ik enkele van mijn stukken op dit blog niet eens mogen schrijven, of dergelijke ideeën niet mogen prediken, want dan zou ik worden opgepakt. Denk daar eens over na.

Hoe dan ook, de oplossing voor al deze problemen is om een samenleving te creëeren van logische mensen die zelfstandig en kritisch denken.

Deze mensen zullen een televisieprogramma zien en zelf realiseren dat ze sommige ideeën die worden geponeerd niet willen overnemen. Deze mensen zullen straatnamen lezen, standbeelden bekijken, terminologie gebruiken, en zelf een goed overwogen beslissing maken om hiermee door te gaan of veranderingen aan te brengen.

Niemand heeft de wijsheid in pacht. Ik kan nog zo overtuigd zijn van mijn mening, dat geeft geen enkele zekerheid over dat ik gelijk heb, en als ik niet zeker ben dat ik gelijk heb, hoe kan ik dan anderen dwingen om dezelfde mening te hebben?

Oftewel, logisch gezien zijn deze veranderingen juist een stap in de verkeerde richting. Mensen proberen hun mening op te dringen, en tegelijkertijd verstoppen/verhullen ze van alles en nog wat omdat andere mensen te gevoelig zijn om daar tegen te kunnen. Je krijgt een samenleving die bang is voor andersdenkenden of oncomfortabele ideeën, die alles wil censureren of veranderen als zij het niet leuk vinden.

En dat is geen rationele of gezonde samenleving. Dat is een grote stap achteruit.

Het is ergens ironisch dat de mensen die delen van het verleden willen uitwissen, vergeten om lering te trekken uit datzelfde verleden. We hebben onze huidige vrije samenleving te danken aan de Verlichting. Wat gebeurde er toen? Men besloot dat het helemaal niet zo’n goed idee was om blind in een God te geloven of te doen wat de priesters/koning/adelen/invloedrijken zeiden, maar dat iedereen vooral zelfstandig en vrij moest denken. Rationaliteit boven geloof, hiërarchie, of wat dan ook.

Enkele voorbeelden

Ik denk dat al deze statements enkele voorbeelden behoeven.

Voorbeeld 1: Ik ben een programmeur, dus ik gebruik termen zoals “zwarte lijst” en “blackhat hacker” met enige regelmaat. En anders kan je altijd denken aan termen als “zwartwerken” of de “zwarte markt”.

Op geen enkel moment dacht ik ook maar enigszins aan ras bij het gebruik hiervan. Het heeft er ook helemaal niks mee te maken. Zwart is de kleur van de nacht, van niet kunnen zien, de afwezigheid van iets, criminelen dragen zwarte kleding en bivakmuts. Ook is het een intuïtieve tegenhanger van wit, wat de omgekeerde dingen vertegenwoordigt (zichtbaarheid, in het licht, puur licht, etc.)

Om al dat soort redenen gebruiken wij “zwart” als we het hebben over iets illegaals, over iets wat in de schaduwen gebeurt, over iets wat onzichtbaar probeert te zijn.

Er is niemand met een zwarte huidskleur en ook helemaal niemand met een witte huidskleur. Dus, compleet logisch bekeken, het idee dat het iets met ras te maken heeft, en al helemaal dat het ergens discriminerend of beledigend is, komt uit iemands fantasie.

(Datzelfde gebeurt nu ook steeds bij elke andere bezigheid met de kleuren zwart en wit. Schaken, bijvoorbeeld. Als je vraagt “wil je wit of zwart spelen?” krijg je meteen mensen die roepen dat je racistisch bent, al dan niet voor de grap. Hoewel je begrijpt waar ze vandaan komen, is er logisch gezien geen pijl op te trekken, want het zijn gewoon kleuren en het is hartstikke logisch om de meest tegenovergestelde kleuren te kiezen in een tweespelerspel.)

Voorbeeld 2: enkele blanke stemacteurs van The Simpsons die een niet-blank personage inspraken hebben zich teruggetrokken. Inclusief one-liners zoals: “een zwart personage moet worden ingesproken door een zwarte stemacteur”

Maar waarom? Is het hele idee van een acteur niet dat je een bepaalde rol vervult? Moeten alle twintigjarige personages nu ook door iemand van twintig jaar worden ingesproken? Moet een personage met blauwe ogen ingesproken door iemand met blauwe ogen? Mogen heteroseksuele personages niet meer door homoseksuele acteurs worden gespeeld? Moet iemand die een oorlogsslachtoffer speelt in de volgende Hollywood blockbuster ook écht een oorlogsslachtoffer zijn?

Bijvoorbeeld, Scarlett Johanssen zou een transgender personage gaan spelen in een film. Nou, de hel brak open, heeft zich uiteindelijk teruggetrokken met een soortgelijke uitspraak: “natuurlijk moet deze rol ook door een transgender worden gespeeld”.

Maar andersom passen mensen het niet toe. Ik keek onlangs de musical Dear Evan Hansen (… middels een bootleg), waar de hoofdrol een heteroseksuele tienerjongen is, die wordt gespeeld door een homoseksuele twintiger. Die gast was legendarisch, maar volgens deze zelfde logica had hij dit nooit mogen doen en alleen maar rollen voor homoseksuelen mogen aannemen.

In mijn ogen is dit juist de kern van de racistische gedachte. Je zegt eigenlijk: “mensen met een donkere huidskleur zijn zo anders dan mensen met een blanke huidskleur, dat alleen jullie die personages kunnen inspreken” Of nog erger: “ik hoef alleen naar je huidskleur te kijken om precies te weten bij welk personage jij zou passen”

Een wereld zonder racisme is niet een wereld waarin iedereen de stereotype van zijn eigen huidskleur naspeelt. Het is een wereld waarin iedereen zichzelf én iemand anders kan spelen, ongeacht huidskleur of afkomst.

Voorbeeld 3: iedereen kent wel een paar mensen die constant bij alles meteen zeggen “oh wat seksistisch” of “oh wat racistisch”. Zonder uitleg, zonder verklaring, kunnen ze zo hele personen, groepen, bedrijven betichten van ernstige feiten. Of gewoon heel irritant zijn.

Ik ben meerdere keren beticht van “manspreading”, wat blijkbaar betekent dat je met je benen wijd zit en veel ruimte inneemt. Het is zo bijzonder, want diezelfde mensen die een aanduiding als “overblijfmoeder” seksistisch vinden, willen best even alle mannen over één kam scheren. Hoe dan ook, ik raad iedereen aan om met hun benen wijd te zitten en hun ruimte in te nemen, dat doet wonderen voor je gezondheid (qua houding, zelfverzekerdheid, stressniveau, en meer).

Ik meen het: er zit een grote spier rondom je bekken die zich stijf trekt bij stress en slechte houding. Als je wilt ontstressen, moet je ’s avonds in bed een tijdje met je benen wijd gaan liggen. Vervolgens moet je de knieën langzaam optrekken tot ongeveer halverwege en dan laten hangen. Binnen de korste keren gaat die grote spier trillen en alle spanning eruit schudden. (De dingen die je leert als je chronisch ziek bent … )

Ook was een reclame met de slogan “Kijk moeder, dit is zo’n leuke school!” seksistisch. En alleen al het woord slaaf zeggen doet bij sommigen de haren overeind staan. (Die mensen hebben duidelijk nooit Latijn of Grieks op school gehad. Dat is 95% slaven en 5% goden die seks hebben.)

Vergeet alle andere vragen, stel jezelf de vraag: is dit logisch? Is dit een rationele respons? Moeten we zorgen dat niemand meer het woord slaaf gebruikt en dit geheel uit onze geschiedenisboeken wordt geschrapt, of is het misschien beter om juist kinderen te leren dat het is gebeurt en dat we het daarom nooit weer willen laten gebeuren?

Dit doet me denken aan een artikel dat ik ooit las in de krant over de “Braboneger”. Die was bekend geworden (in Brabant) met filmpjes en andere kleinigheden, maar werd uiteindelijk zo succesvol dat hij in het theater kwam te staan. Hij vertelde dat hij in zijn show een segment had waarin hij zich uitkleedde, voor het publiek ging staan, en (voor de grap) vroeg of mensen hem “als slaaf wilden aanprijzen”.

Na enige terughoudendheid, riepen mensen van alles, zoals “jong, goed gespierd, lenig” en “doet altijd netjes zijn werk”.

Hij liet het gebeuren, tot hij op een gegeven moment zei: “ja, maar zo ging het dus echt”

Dat komt wel binnen. Dat is hoe je daadwerkelijk een boodschap overdraagt, niet door dingen weg te halen of nooit de woorden in de mond te nemen. En het mooiste is nog dat hij afsloot met dat hij geen enkele problemen heeft met allerlei termen en verwijzingen naar slavernij, en ook niet vond dat blanke mensen zich allemaal schuldig moesten gaan voelen. Ik parafraseer: “het is honderden jaren geleden en alle personen die slaaf waren of slaven hadden zijn allang overleden”

Ik wil dit artikel niet te lang maken, dus hier houden de voorbeelden op, en gaan we door naar mijn laatste argument aan de logische kant.

Taalrijkheid

Ik ben een schrijver, voor zover dat nog niet duidelijk was. Sterker nog, ik geef belachelijk veel om communicatie in het algemeen. (Ik heb veel geleerd over marketing door mijn eigen werk en projecten constant te moeten promoten. En mijn stemproblemen hebben mij geleerd om met zo min mogelijk woorden duidelijk te communiceren.)

Het lijkt mij een behoorlijk slecht plan om onze taalrijkheid te verliezen.

Wij hebben voor alle vakaanduidingen een mannelijke en vrouwelijke vorm. Een directeur of directrice. Een politieman of politievrouw. Dit geeft ons een hoge mate van specificatie. Afhankelijk van welk woord we gebruiken, weet je meteen het geslacht van de persoon in kwestie.

Het is vergelijkbaar met talen waarbij de uitgang van een woord diens functie in de zin aangeeft, zoals het Duits. Het maakt taal helderder en concreter, wat miscommunicatie voorkomt en de taal efficiënter maakt.

(Bovendien, het feit dat zulke dingen door de eeuwen heen stand hebben gehouden binnen een taal, geeft aan dat het nuttig was. Anders waren mensen allang gestopt met het gebruik ervan.)

In plaats van taalrijkheid te verliezen door bepaalde woorden te verbannen of samen te smelten, moeten we het juist uitbreiden door nieuwe woorden te introduceren. (Zo kan je voor beroepen een derde genderneutrale vorm invoeren, of een andere woorduitgang om een variatie op de standaardbetekenis te geven.)

En onder deze taalrijkheid, vallen ook de benamingen zoals “Eskimonevel” of “zwarte lijst”. Het is duizend maal intuïtiever, makkelijker te onthouden en begrijpen, dan als je er een meer technische of langere benaming aan had gegeven.

Kijk maar om je heen: alles wat men kan afkorten of specificeren, krijgt zo’n behandeling, want dat is hoe taal het beste functioneert. Het is niet “Google gebruiken”, het is “Googlen”. Het is niet “iemand die in Amsterdam woont”, het is een “Amsterdammer”. We spreken over “vuilnismannen”, omdat het percentage vuilnisvrouwen zo klein is dat ons brein automatisch die shortcut neemt.

Mensen “zitten op Insta” (want Instagram is overduidelijk te lang), iemand die naar klimaatprotesten gaat en daarom school mist werd meteen mooi afgekort naar “klimaatspijbelaar”, en inmiddels heeft Donald trump in het “trumpisme” zijn hele eigen stroming.

Het is niet logisch om woorden geforceerd uit een taal te halen, want een taal is gemaakt om te communiceren, en minder woorden betekent minder mogelijke of specifieke communicatie.

Een taal is organisch en groeit mee, en slechts wanneer in die groei iets wordt gevonden dat beter is dan een vorig systeem, zullen die oude woorden en zinsconstructies langzaam uit de taal verdwijnen.

Het is belangrijk op te merken dat een soortgelijk argument te maken valt in de andere besproken gebieden, zoals “Cultuurrijkheid” die je vermindert door delen van het verleden te negeren of uit te wissen.

Het Empathische Brein

Tot dusver hebben we het allemaal redelijk koud en logisch bekeken. Het zijn maar woorden, aanstoot geef je vooral jezelf, dingen geforceerd weghalen of veranderen is niet logisch (zeker niet in het geval van taal), en het allerbelangrijkste: het stuurt de wereld juist compleet de verkeerde kant op. Mensen zouden juist kritischer en zelfstandiger moeten worden in hun denken, en dat bereik je juist door meer dingen voor te schotelen die niet met hun wereldbeeld stroken, zonder waarschuwing.

Maar mensen zijn niet logisch.

Ik weet het, ik vind het ook jammer, maar al mijn tijd op deze aarde (toch een flinke 23 jaar) en al mijn onderzoek naar marketing bevestigt dit keer op keer. Mensen zijn gewoon dieren, met een primitief brein geworteld op instincten en onbewuste generalisaties. Ons enige voordeel is dat we een upgrade hebben gekregen waardoor we iets logischer en rationeler zijn dan de rest van de dierenwereld.

Dus gaan we een samenleving krijgen met allemaal logisch en kritische mensen? Niet snel, als het al ooit gebeurd. Is het iets wat we zouden willen? Dat weet ik ook niet, aangezien het behoorlijk koud en afstandelijk klinkt.

Natuurlijk doen woorden geen fysieke pijn, maar dat betekent nog niet dat iedereen elkaar maar de hele dag verrot moet gaan schelden. Dat betekent niet dat iedereen elkaar voor de lol moet gaan provoceren en allerlei schadelijke uitspraken moet doen om hele bevolkingsgroepen te pesten.

Ik heb het idee dat we iets kunnen terugschalen vanaf die hele rationele plek. Dat er een punt is tussen “we moeten iedereens gevoelens meenemen!” en “iedereen mag alles doen en zeggen wat ze willen!”, waarop we in het algemeen een behoorlijk optimale maatschappij krijgen.

Als mensen een straatnaam willen veranderen om meer vrouwen uit te lichten die iets bijzonders hebben bereikt, dan doen ze dat lekker. Zoveel kwaad kan het niet, zoveel goeds kan het wel opleveren.

Als de beheerders van een netwerk een serie niet willen uitzenden omdat ze er schadelijke boodschappen in vinden, dan wens ik ze succes. Het is hun netwerk, hun inschatting, sommige mensen zullen er blij mee zijn. (En de helft van de tijd is het niets meer dan een tijdelijke marketingtruc.)

Als mensen besluiten dat bepaalde dingen niet in kinder- of jongerenboeken mogen staan, omdat ze misschien kinderen op verkeerde gedachtes brengen of laten opgroeien met rare ideeën, dan kan ik dat ergens begrijpen. Ik denk dat iedereen de intelligentie van kinderen zwaar onderschat, maar bij kinderen is juist dat hele rationele deel van onze hersenen nog niet ontwikkeld, en de ideeën waaraan je wordt blootgesteld op jonge leeftijd bepalen toch voor een groot deel de rest van je leven.

Als een bedrijf het komende halfjaar alleen vrouwen wil aannemen (omdat ze nu maar 20% vrouwelijke werknemers hebben), dan gaan ze hun gang maar.

Ik sta er niet achter. Ik denk dat het geen goed idee is, althans niet sterk bewezen of onderbouwd, en zie meer nadelen dan voordelen, maar het is tenminste iets van actie en, nogmaals, mijn mening is geen wet en ze mogen het doen.

Het komt vaak uit een goed hart. Je wilt ervoor zorgen dat minder mensen zich beledigd of uitgesloten voelen, dat je zo min mogelijk taal gebruikt waarmee je anderen antagoniseert. Dat is heel menselijk, heel begrijpelijk, en een positieve impuls.

Ik doe het zelf ook, ondanks al mijn gepraat van hierboven. Haast onbewust pas ik soms mijn woordgebruik aan, heb ik de afgelopen jaren langzaamaan meer vrouwelijke rollen in mijn verhalen gestopt en niet-blanke personages getekend bij spellen die ik maakte. Er is niks mis met een verhaal waarbij iedereen blank is, want het is mijn verhaal en ik vertel het zoals ik dat wil, maar als ik aardig kan zijn en meer diversiteit kan inbouwen, waarom zou ik dat niet doen?

Overigens is er een sterker argument voor meer diversiteit in verhalen, in de meest brede zin, maar dat is een héél ander verhaal.

Daarnaast moet je nu niet denken dat ik jarenlang alleen verhalen met mannelijke rollen schreef. Het is gewoon vrij natuurlijk om, als puber, jezelf in al je verhalen te schrijven. Dus praktisch 80% van de personages was gewoon … een kopie van mij, maar dan cooler.

Het moet alleen niet een grens overgaan, waarbij er meer nadelen zijn dan voordelen, en je alle logica/redelijkheid voorbij bent. Want dan krijg je een maatschappij die werkt op basis van emotie, op basis van “hoe voel ik me vandaag” en “niemand mag een andere mening hebben dan ik”.

Ik heb bijvoorbeeld een stuk geschreven over hoe stom ik het idee vond van mijn universiteit om het komende halfjaar alleen nieuwe vacatures voor vrouwen beschikbaar te maken. Je lost vermeende discriminatie niet op met daadwerkelijke, bewuste discriminatie. Ik durfde haast niet in het echt mensen te vertellen over dit onderwerp, omdat ze meteen klaar stonden met allerlei persoonlijke aanvallen en afkeurende blikken. Ze zouden me nooit fysiek aanvallen, dus logisch gezien zou ik nergens bang voor moeten zijn, maar de enorme lading die je over je heen krijgt bij een afwijkende mening is ook ontmoedigend. (Maar een tegenargument hadden ze niet, en dat stoort me het meest.)

We moeten toe naar een situatie waarin twee mensen het compleet oneens zijn met elkaar, en daar gewoon een half uur over kunnen discussiëren, zonder dat de een meteen eist dat de ander wordt ontslagen, en de ander klaar staat om iemand (met zijn blik, of met zijn handen) te wurgen.

Zo zal ik het nooit verdedigen als mensen een museum bekladden of een standbeeld kapotmaken. Dat is gewoon een criminele daad. Het maakt me niet uit hoe boos je bent of hoeveel gelijk je hebt, je moet jezelf niet boven de wet achten, want dan wordt het pas echt gevaarlijk.

Mensen, die ik normaal gesproken als zeer intelligent acht, verdedigen dit soort gedrag keer op keer, en ik snap het niet. Echt niet. Draai het eens om: jij hebt iets gezegd waar een groep mensen het niet mee eens is, hoe zou jij het vinden als ze je huis gaan bekladden en je ruiten ingooien? Of als ze je gaan bedreigen met van alles (wat, voor zover ik weet, ook nog steeds behoorlijk illegaal is)?

Hoe kan je zeggen dat “woorden een enorm effect hebben op ons denken en doen, en ook het racisme in de samenleving” … en vervolgens al je problemen oplossen zonder woorden (en met geweld)?

Hoe dan ook, om die grens iets van scherpte te geven, zal ik eindigen met twee ideeën die ik actief handhaaf: groepen van moraliteit en prioriteiten.

Groepen van Moraliteit

Ik heb er een groot punt van gemaakt dat niemand absolute moraliteit heeft. Ondanks dat ik vrij zeker ben van de dingen in dit stuk, ondanks dat ik al deze veranderingen in de samenleving schadelijk acht, ben ik niet zeker van mijn gelijk. Ik heb delen van dit stuk wel vier keer opnieuw geschreven, omdat ik zelf ook twijfel. Ik wil ook een aardigere samenleving, met lievere mensen die altijd gelijke kansen krijgen, maar kan dat niet rijmen met de huidige maatregelen die worden getroffen.

Het probleem met twijfelen is dat er dan nooit iets gebeurd. Voor duizend mensen met een genuanceerde mening, is er maar eentje nodig met een flink uitgesproken mening (in welke richting dan ook) om alsnog alle aandacht op te eisen.

Ondanks dat ik niet zeker ben over de absolute waarheid van mijn visie, ben ik wel zeker dat er bepaalde “groepen van keuzes” zijn die in ieder geval beter zijn dan andere keuzes.

Ik weet niet of het nu beter is om een appel of een banaan te gaan eten. Ik weet wel dat het sowieso beter is om een stuk fruit te eten, dan een zak friet.

Ik weet niet of het beter is om met de fiets of lopend naar een afspraak in de buurt te gaan. Ik weet wel dat het sowieso beter is om te bewegen dan in een auto te stappen.

Dat is hoe ik het zie en hoe ik een weg baan door de complexe maatschappij.

Toegepast op ons huidige probleem, durf ik het volgende te zeggen. Ik sta achter elke maatregel die op de volgende manier tot stand is gekomen:

  • Er is bewezen (of zeer aannemelijk gemaakt) dat iets een probleem is. (Bijvoorbeeld, men bewijst dat bij een instituut systematisch wordt gediscrimineerd bij het solliciatieproces, in plaats van te zeggen “maar 40% vrouwen, dat is sowieso discriminatie!”)
  • De voorgestelde oplossing gaat niet om het weghalen van iets, maar om het veranderen of uitbreiden. (Bijvoorbeeld, in plaats van een standbeeld weghalen, zet je er meer informatie bij. Of een andere oplossing voor solliciteren: neem mensen aan in groepen. Dan ga je automatisch diverser denken en kiezen.)
  • Er is bewezen (of zeer aannemelijk gemaakt) dat de voorgestelde oplossing het probleem gaat verhelpen, zonder meer nadelen dan voordelen te introduceren. (Bijvoorbeeld, mensen zeggen erg snel dat een woordje veranderen iets gaat opleveren, maar is dat wel zo? Waar halen ze dat vandaan? Daarnaast, zoals in het geval met de vacatures alleen openstellen voor vrouwen, discriminatie toevoegen om een probleem te verhelpen zal vrijwel altijd meer negatieve kanten opleveren.)

Desnoods, als 100% bewijs of logische onderbouwing ontbreekt, is een algemene concensus voor mij ook aanvaardbaar.

Als we dit vervolgens koppelen met een onderwijssysteem dat kinderen daadwerkelijk leert om kritisch en zelfstandig te denken, en geen meningen of delen uit de boeken censureert, dan denk ik dat we uiteindelijk wel naar een mooie plek in de samenleving toegaan. (Dit is moeilijker gezegd dan gedaan.

Ik weet niet van elke oplossing of het de beste oplossing is, maar ik weet wel dat dingen proberen die waarschijnlijk gaan werken beter is dan niks doen. Ik denk dat er duizendmaal betere oplossingen zijn voor seksisme dan enkele mannelijke straatnamen vervangen door vrouwelijke, maar het zit sowieso in een betere (morele) groep dan heel veel andere handelingen (zoals, ik zeg maar iets geks, alle straatnamen weghalen).

De Lijst van Prioriteiten

Zo, lekker onduidelijk weer. Uiteindelijk komt het allemaal terug op de volgende uitspraak van de YouTuber Captain Disillusion:

Love with your heart, use your head for everything else.

Ik vind het ook niet leuk om tegen mensen te moeten zeggen dat ze hun hele leven lang soms zullen worden uitgescholden, of dat ze nou eenmaal een bepaalde achterstandspositie hebben, of dat hun problemen bij het vinden van een baan niet te wijten zijn aan systematische discriminatie. Maar het is de logische, rationele, meest egale manier van aanpakken. Woorden zijn wind, ongelijkheid zal er altijd zijn (en dat is goed!) en betekent niet direct een strafbaar feit, beledigd zijn is toch echt een emotionele staat van zijn, en dingen uitwissen zal niets opleveren.

Ik ben hier wel eens over gebotst met iemand. Die persoon vond dat logica en argumenten een hele koude en egoïstische manier was van dingen oplossen. Toen probeerde ik duidelijk te maken dat je individuele beslissingen inderdaad vaak het beste op emotie kan maken, maar als het gaat om een groep mensen (of iets wat groter is dan alleen jezelf), dat je dan altijd met logica en bewijs moet komen. Anders wordt het jouw emotie tegen die van de anderen—jouw mening tegen iemand met een andere mening—iemand moet winnen, en de rest heeft een vervelende tijd. Alleen met logische argumenten kan je samen uitkomen op iets wat het meest eerlijk en rechtvaardig is voor de hele groep.

En als we dit allemaal hebben besproken, moeten we een nog pijnlijkere conclusie trekken: al deze onzin heeft totáál geen prioriteit.

De wereld staat in de fik vanwege klimaatverandering. (Ik kan al dagenlang nauwelijks functioneren, terwijl links en rechts alle warmterecords opnieuw worden verbroken). We zullen snel een probleem krijgen met overbevolking en watertekort, zelfs in Nederland zijn ongelofelijk veel mensen die in armoede (of erbarmelijke omstandigheden) leven, en het lijkt alsof ons onderwijssysteem niet in staat is om daadwerkelijk de komende generatie op te leiden.

Ik wilde dit stuk eigenlijk niet schrijven, want het gaat maar om een paar woordjes of dingetjes veranderen, maar na die maandenlange stroom van nieuws en onzinreacties van mensen kon ik me niet inhouden. We kunnen niet alles aanvechten, niet individueel en niet als groep, dus laten we alsjeblieft de grootste gevaren eerst doen en de meeste tijd en aandacht geven.

Want nu denkt men veel te klein. We hebben geen klein probleem met discriminatie bij sollicitaties, of inkomstenverschillen, we hebben een algemeen machtsprobleem. Door de structuur van onderwijs, bedrijven en banen, hebben wij overal mensen met veel macht en mensen met weinig macht gecreëerd.

Eén van de belangrijkste factoren in de baan en macht die je krijgt, is je netwerk. Niet hoe goed je bent in die baan. Niet of je daadwerkelijk de beste persoon bent om dit probleem op te lossen. Nee, het gaat erom met wie je bevriend bent, welke mensen je leerde kennen op je studie, en andere niet-zo-toevallige contacten. (Overigens ook een reden waarom immigranten moeilijker werk vinden, want ze hebben geen netwerk.)

Het is compleet onlogisch. Het is eindeloos frustrerend, ook voor mij, want ik krijg nauwelijks aandacht of een kans vanwege mijn gebrek aan netwerk of professionele werkervaring. Maakt niks uit dat ik superveel projecten online heb staan die door veel mensen worden genoten en, ook in mijn ogen, behoorlijk goed zijn. Maar ik zou het nooit gooien op discriminatie of wat dan ook. Het is de structuur die we zelf gemaakt hebben, en uiteindelijk, zoals ik al zei, zijn mensen helemaal niet rationeel.

Als je mensen macht geeft, gaan mensen die macht gebruiken.

We moeten niet kleine dingetjes aanpassen of censureren, ongeacht of er sterke argumenten voor zijn. We moeten de grote problemen aanpakken. Zoals klimaatverandering, maar ook de huidige hiërarchie en gewoontes binnen bedrijven en werkvelden.

Zodra er niet meer wordt aangenomen op basis van netwerk, of op basis van welke zinloze diploma’s je kunt laten zien, zullen veel problemen verdwijnen. Zodra men niet meer kijkt naar huidskleur in algemene zin, dus ook niet “jij bent zwart, dus als ik jou aanneem is mijn team gelijk divers”, dan is het racismeprobleem daadwerkelijk opgelost.

Zodra we geen gigantische bedrijven toestaan met machtige mensen aan de top en een monopolie binnen de markt, wordt het speelveld gelijkgetrokken, en zijn we daadwerkelijk … gelijk.

Conclusie

Hier laat ik jullie achter.

Hopelijk heeft dit artikel iets interessants behandeld, je aan het denken gezet, misschien op nieuwe ideeën gebracht. Zo niet, dan—eh—tja, we kunnen tijd niet meer terugspoelen.

En nu ga ik proberen om nooit meer iets over dit onderwerp te schrijven. Als we al iets nodig hebben, dan is het actie. En anders ga ik wel een boek schrijven over klimaatverandering en hoe we allemaal dood gaan denk ik. Jezus, wat is het warm.