Dit is deel 3 van een lang artikel over mijn laatste halfjaar op de universiteit. Klik hier voor deel 1: Academische Avonturen (Deel 1)
Hoofdstuk 10: Niemand begrijpt het
Mijn andere vak, Queuing Systems (over wachtrijen, uitrekenen van gemiddelde wachttijd enzo), had een andere aanpak.
Hun tentamens waren traditioneel 3 uur lang. Je had vier vragen (met een stuk of vier deelvragen), je moest veel uitrekenen, en naast één formuleblad mocht je geen hulpmiddelen.
Omdat het tentamen nu online was, en je mocht je boek erbij gebruiken (een “open boek tentamen”), besloten ze het in te korten tot 2 uur.
Oké, op zich redelijk, dacht ik.
Dit ingekorte tentamen had drie opdrachten … waarvan enkele significant anders waren dan alles wat ik hiervoor had geoefend. Ik had de dagen ervoor vier oude tentamens serieus geoefend, maar uiteindelijk moest ik bijna 1/3 van het tentamen openlaten omdat ik geen tijd had, en bij enkele andere onderdelen duurde het erg lang voordat ik doorhad wat ze nou eigenlijk wilden.
En dan het inleveren. We moesten onze handgeschreven uitwerkingen scannen (met onze mobiel), tot één PDF maken, en dan uploaden naar de online leeromgeving. En dat allemaal binnen de tijd. Ik heb een slome mobiel, met een wazige camera en haperend internet.
Conclusie? Ik heb een tentamen waarvoor je eigenlijk toch wel 3 uur nodig had, en geen voordeel had aan het “open boek”-aspect, moeten maken in anderhalf uur. Ik ben héél benieuwd naar mijn punt, want de dingen waarvoor ik wél de tijd had wist ik vrij zeker, dus we zullen zien.
(Voor degene die het nog niet zien: als je 4 opdrachten hebt in 3 uur tijd, dan zou je “2.66” opdrachten moeten hebben in 2 uur tijd. Minus het scannen, zou je grofweg 2.5 opdracht moeten hebben. Als je de opdrachten dan moeilijker maakt, waardoor je dingen moet gaan opzoeken en uitproberen, zou je eigenlijk maar 2 opdrachten moeten hebben om het eerlijk te maken.)
Heel jammer, want de rest van het vak was best goed geregeld, en ik stond gemiddeld een 9 omdat ik het huiswerk wederom een perfecte balans vond tussen “uitdagend maar leerzaam/eerlijk”. Maar nu hoop ik gewoon op een 5.0 voor het tentamen zodat ik door kan met mijn leven.
Wat is de moraal van het verhaal? Het onderwijssysteem lijkt zelf niet te begrijpen wat ze aan het doen zijn.
Ze denken constant “oh we moeten zorgen dat het niet te makkelijk wordt!”, terwijl dat niet het punt is van onderwijs. Als je goed onderwijs geeft, moet het eindtentamen supermakkelijk zijn. Want iedereen begrijpt en kent de stof goed.
Of men denkt “oh we moeten hele andere dingen vragen op het tentamen, want de studenten kennen de opgaven van het huiswerk al”, terwijl dat wederom niet het punt is. Je doet huiswerkopgaven juist om te leren hoe dingen werken. Tentamens zouden moeten toetsen of je die stof van het vak kent, niet of je in een interval van 3 uur toevallig een creatieve inslag hebt waardoor je hele andere vragen kunt beantwoorden.
Ergens hoop ik dat deze hele Coronarotzooi (ik hoop dat dit woord aan elkaar mag) iedereen wakker schudt. Onderwijs kan dus ook anders. Nu moeten mensen zich wel aanpassen, waardoor duidelijk wordt dat veel dingen anders kunnen, of simpelweg makkelijker en gestroomlijnder. Online tentamens zorgen niet voor meer fraude of makkelijkere vakken.
Voor mij, persoonlijk, maken ze alles juist moeilijker. Ik ben een fysiek persoon, die graag dingen analoog doet en in een collegezaal zit als hij college-dingen doet (zoals een tentamen maken), en thuis zit als hij niet-college-dingen doet.
Het voelt bijzonder vreemd om een diploma op deze manier te halen. Alsof het niet “echt” is. Alsof alles fragieler is: als één van mijn tentamenfoto’s te wazig is, kunnen ze zomaar besluiten dat het geen punten waard is. Als ze denken dat ze mij op de webcam omlaag zagen staren, naar een mobiel bijvoorbeeld, kan ik zomaar worden aangemerkt voor fraude. Je behaalt iets van grote waarde (studiepunten + hopelijk diploma) terwijl je gewoon twee uur op je oude vertrouwde bureaustoel zit en een bakje yoghurt eet.
Zoals je merkt zijn we nu bij het deel “gevoel” aangekomen van dit hele avontuur, dus laten we daar even dieper op ingaan.
Hoofdstuk 11: Het ging bijna mis
Studeren is kut. Het onderwijssysteem zelf is inefficiënt, bereikt niet wat het hoort te bereiken, en leert je veel slechte dingen aan. Het is stilstaan (en misschien zelfs achteruitgaan) als je jezelf niet naast je studie daadwerkelijk ontwikkelt.
Het is nog vervelender als je de studie zelf niet leuk vind, er niet goed in bent, helemaal niet wilde studeren, en het gekozen vakgebied ook nog eens belachelijk zwaar is.
(Het is potjandorie Wiskunde! Als ik aan mensen vertel wat ik studeer, zijn ze allemaal zo van “oooh jij moet wel slim zijn” en “wauw dat je dat kan”, en, hoe goed bedoeld ook, zijn die uitspraken na een maandje studeren geen complimenten meer, maar slechts een herinnering aan een reeks van foute keuzes.)
Ik heb meerdere keren op het punt gestaan om er toch mee te kappen. Schijt aan die studieschuld, schijt aan dat diploma, ik ga niet nóg meer van mijn leven vergooien aan deze studie. Want waarom zou ik? Ik ga niks met dat diploma doen. Ik kan niks met dat diploma doen, want ik ben de slechtste wiskundige die ooit met tegenzin die titel toegeworpen heeft gekregen van een universiteit.
Ik meen dit. Tijdens het oefenen van die tentamens, heb ik een stuk of tien keer urenlang vastgezeten omdat ik maar niet begreep waarom ik zelfs de eerste opgave niet goed had. Uiteindelijk was het altijd een oliedomme rekenfout helemaal aan het begin. Een min wordt een plus, een 4 wordt 1/4, je wilt de afgeleide nemen van een functie maar doet iets compleet anders en hebt het niet eens door.
Dat soort fouten maak ik nog steeds, continu, zonder het door te hebben, want ik ben niet exact genoeg voor een wiskundige. Het maakt me geen flikker uit of het antwoord juist is, of de getallen uitkomen, of die min eigenlijk een plus moet zijn, want _het zijn maar symbolen op een papiertje. _
Als ik moest uitrekenen (middels een model) hoe veilig een belangrijk systeem in de echte wereld was, dan zou ik mijn uiterste best doen om het juist te krijgen. Nog belangrijker: ik zou daar wekenlang de tijd voor krijgen en alle hulpmiddelen tot mijn beschikking hebben. Ze gaan niet zeggen: “je hebt drie uur, je mag niks anders gebruiken dan een rekenmachine, en alle antwoorden moeten handgeschreven!”
Ik kan obsessief bezig zijn met taalgebruik, muzikale harmonie of schoonheid van programmacode. Wiskunde … laat me geheel koud.
Oftewel, het is een klein wonder dat ik, terwijl ik dit schrijf, al mijn vakken heb gedaan en (hoogstwaarschijnlijk) mijn diploma heb gehaald. Nog maar een paar weken wachten op de uitslag.
Ik heb dit afgelopen half jaar alles aan de kant geschoven om dit te kunnen doen. Vrienden en familie grotendeels negeren, terwijl ik van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat achter mijn bureau probeer te begrijpen wat we in hemelsnaam aan het doen zijn bij elk vak. Tussendoor flink sporten, want zoals ik al zei is de hele dag op een stoel zitten niet al te best voor je gezondheid.
Ik ben het afgelopen half jaar enigszins aangekomen. Niet veel, maar mij valt het op, want zo “breed” (laten we het daar op houden) ben ik nog nooit in mijn leven geweest. Ik sport gemiddeld 2-3 uur per dag. Intensief en zonder uitzondering. En ik ben aangekomen :p
Mijn slaapritme is uiteengetrokken. Ik lig urenlang wakker ’s avonds en wordt pas rond het middaguur wakker, en dan nog steeds ben ik moe. (Voordat ik terugkwam op de studie viel ik meteen in slaap en werd netjes na 8 uur klaarwakker. Het is alsof mijn lijf zegt “je gaat toch niks leuks doen morgen, alleen maar studeren, blijf maar lekker liggen dromen”)
Voordat ik terugkwam op de studie was ik bezig met enkele veelbelovende projecten en maakte ik snel sprongen in mijn gezondheid, vaardigheden en levensgeluk. Nu staat alles stil en heb ik het gevoel dat ik de hele zomervakantie wil slapen en niemand wil zien, zo uitgeput ben ik.
Dat zegt heel wat over de offers die studeren eisen. En over mijn gevoel omtrent de hele situatie. Het is ongezond, zowel mentaal als fysiek, laat niemand je anders wijsmaken. Zeker mensen op jonge leeftijd moeten meer bewegen, actiever zijn, daadwerkelijk dingen doen in de samenleving. En ze moeten vooral niet door ouders of school worden gedwongen een studie te kiezen.
Alsjeblieft, zeg niet tegen je kind dat ze geen tussenjaar mogen doen. Zeg niet dat ze met hun “hersenen” perse een universitaire studie moeten doen of dat ze iets moeten kiezen met een grote kans op een baan “omdat je later toch echt je eigen geld moet verdienen!” Misschien heb je gelijk. Misschien is het verstandiger. Maar om het heel bot te zeggen: een kind dat zelfmoord pleegt gaat in ieder geval geen geld meer verdienen.
Toen ik klaar was met de middelbare school, was mijn gezondheid op een dieptepunt, en was ik op alle manieren nog in opbouw. Mijn interesses, mijn passies, wat ik wilde doen, het was allemaal op 50%. (Want ja, op de middelbare school heb je ook niet echt tijd om je serieus te ontwikkelen en goed te worden in iets. )
Inmiddels ben ik zes jaar verder, waarin ik elke dag mijn weinige vrije tijd heb opgevuld met mezelf ontwikkelen. Dat overdrijf ik niet. Mensen om mij heen zijn vaak boos geworden dat ik niet meer klusjes doe (in het huishouden) of dat ik niet sneller reageer/vaker afspreek, maar ik moest telkens eerlijk bekennen dat ik letterlijk geen tijd had. Het lukt me slechts eens in de paar maanden om een uurtje een serie te kijken ofzo. Omdat school al die jaren mijn tijd innam, moest ik mezelf ontwikkelen om twaalf uur ’s nachts, in vakanties, nadat ik thuis was gekomen van een tentamen.
Ik kan nu eindelijk iets. Ik kan binnen een week een heel spel ontwikkelen. Ik kan instrumentale albums schrijven en opnemen zonder problemen en blogartikelen als deze schrijven in een paar uurtjes, zonder frustratie, gewoon omdat het mijn passie is en ik heb er hard voor gewerkt. Dus why the fuck moest ik een studie wiskunde doen en zes jaar van mijn leven weggooien? Wie heeft hier nou precies wiens “hersenen” verspild?
Zo. Het gevoelsdeel is weer afgelopen. Sorry dat ik niet positiever kan zijn. Ik snap echt niet hoe we allemaal maar doorgaan met dit onderwijssysteem en de compleet misplaatste ideeën en uitspraken van zowel school als verzorger als het gaat om opvoeding en ontwikkeling. Je maakt letterlijk de toekomst kapot, en waarvoor?
Hoofdstuk 12: Waarom ik hoge punten haalde
Dus, voor DS heb ik uiteindelijk afgerond een 8 gehaald (net geen 9). Voor AI heb ik dus nét geen 10 gehaald.
Voor QS (Queuing Systems) stond ik een 9, maar het tentamen zal dat flink omlaag halen. Voor CA (Complexe Analyse) stond ik een 6 gemiddeld, maar daar zal je dadelijk nog wel over horen.
Waarom? Als ik letterlijk depressief wordt van deze studie, waarom zoveel moeite doen en goede punten halen?
Het antwoord is: de realiteit. Ofwel: professionele werkgewoontes.
Toen ik weg was van de universiteit, heb ik veel dingen bereikt. Ik ben een eigen bedrijfje begonnen. Ik heb meegeschreven aan een officieel boek over spellen programmeren. Ik heb veel projecten gemaakt en uitgebracht (waar ik zeer trots op ben), meerdere websites opgezet, en langzaam al mijn vaardigheden en portfolio gegroeid.
Dat gaat hand in hand met een bepaalde werkethiek. Ik werk gewoon 6-8 uur per dag. Als ik opsta, ga ik direct aan het werk, geen uitzonderingen. Ondanks het feit dat ik freelancer ben en geen vast schema heb, zie ik het als een professsionele full-time baan. En als ik iets doe, dan doe ik het goed.
Het volstaat niet om, wanneer je een computerspel maakt, een spel af te leveren waarbij het hoofdmenu mist en de helft van de knopjes niet werkt. Ja, in principe heb je “60%” van het spel gemaakt, maar het is op geen enkele manier een goed of waardevol spel.
Hopelijk zie je waar ik heen ga: deze instelling kan en wil ik niet uitzetten. Als ik iets doe, doe ik het goed. Als ik aan school werk, doe ik dat 6-8 uur per dag, een full-time baan, consistent. Als ik iets bestudeer, wil ik het echt begrijpen en kunnen toepassen. En zo haal je (bijna) tienen voor allerlei opdrachten. Want in ons mislukte onderwijssysteem volstaat een “60%” score, maar in de realiteit niet.
Hoofdstuk 13: Complexe Analyse is Ku … beter?
Zo gebeurde het (referend aan het stuk hiervoor) dat ik nogal gefrustreerd raakte over mijn huiswerkgroep voor Complexe Analyse. Deze mochten we niet zelf kiezen: we werden ingedeeld.
En in de eerste paar weken met dit groepje, werd het verschil tussen mij (praktisch een “zesdejaars”) en hen (“tweedejaars”) pijnlijk duidelijk.
Ze deden niks. Ze communiceerden niet. Ze waren vanaf het begin eigenlijk al van plan om het vak niet af te maken, en bij de eerste de beste moeilijkheden, gaven ze het op.
Heel herkenbaar. Een typische studentenhouding. Ik liet vroeger ook andere mensen het werk doen.
Maar nu voelde het alsof ik hun verzorger was die zijn kinderen in het gareel moest houden. Ik regelde alles, maakte de huiswerkformulieren aan, gaf de opdrachten, communiceerde, etcetera. Zij deden niks. En uiteindelijk halverwege het vak ben ik alles 100% zelf gaan doen en ik heb nooit meer iets van hen gehoord.
(Ik ben géén leider of iemand die anderen wil commanderen. Maar vergeleken met hen zou je denken dat ik al jarenlang de manager was van een groot bedrijf en “iets met communicatie” heb gestudeerd.)
Het is gek hoeveel je automatisch groeit met de tijd. Ik dacht vroeger altijd dat ik door te trainen of door allerlei boeken te lezen sneller volwassen en professioneel kon worden. Maar uiteindelijk heeft tijd de strijd makkelijk gewonnen.
(Voordat je denkt: poeh, wat een ambitie zeg! Laat mij je uit die droom helpen: mijn zoektocht naar volwassenheid werd compleet gedreven door een opmerking die een vriendin van mij maakte op de middelbare school. Ik vond haar leuk, zij leek me ook wel aardig te vinden, maar ze zei heel serieus: “Nee, het zou niet werken. Je bent twee jaar jonger dan ik en dat is te merken. Nee, dat moet je zelf voelen, ik kan je niet vertellen hoe je volwassener wordt.”)
Maar er zaten ook goede kanten aan deze derde renditie van dit vak!
Enkele weken voor het einde … kwam ik erachter dat het hele vak was veranderd xD
Ze hadden gewoon de laatste drie hoofdstukken uit het boek gegooid en de andere hoofdstukken versimpeld (en meer ruimte gegeven, met voorbeelden en plaatjes en dergelijke). De eindtentamens van de laatste jaren waren drastisch beter en het huiswerk veel gestroomlijnder. Het vak was eigenlijk best oké. Het is nog steeds één van de moeilijkste vakken uit de studie, maar die supervillain status zijn ze een beetje kwijt.
Zeker omdat er dit jaar een nieuwe docent op stond, en die was echt super aardig en meedenkend. (Toen ik hem mailde, helemaal aan het begin, over mijn stemklachten, was hij meteen zo van “ah wat vervelend, dan gaan we iets alternatiefs regelen, zoals A of B” Om twee uur later een mailtje te sturen waaruit ik kon aflezen dat de examencommissie heel duidelijk had gemaakt dat hij zich hier verder niet mee mocht bemoeien. Ik moest een officieel verzoek indienen.)
Als laatste toch een minpuntje, om mijn hele betoog over het falende onderwijssysteem af te sluiten.
Uiteindelijk heb ik 55 pagina’s (!) aan huiswerk ingeleverd voor dit vak. Netjes uitgetypt en vormgegeven, elke week. Ik ben secuur: ik probeer alles te noemen wat belangrijk is voor een opgave, maar blijf beknopt. En toch heb ik constant feedback gekregen dat ik te weinig uitleg gaf en dingen niet onderbouwde, dus iemand met een 10 voor het huiswerk zal denk ik bijna 100 pagina’s hebben ingeleverd.
En het meest frustrerende? Ik heb een 5,8 gemiddeld voor het huiswerk, terwijl ik bijna alle opgaven goed had. Hoe kan dat? Ik vergeet ergens een minnetje: huppakee, de helft van de punten weg. Ik onderbouw, in de ogen van de nakijker, een statement niet genoeg: hopseflops, nul punten. Ik lees een opgave verkeerd waardoor daarna alle getallen nét ietsje anders zijn: hatsiekedee, 1 punt voor de moeite.
Ik heb héle moeilijke opgaves gemaakt, met een uitwerking van 3 tot 4 pagina’s, en daar 1/10 punten voor gekregen omdat ik ergens aan het begin een klein rekenfoutje heb gemaakt en even later een standaardformule gebruikte … die de nakijker blijkbaar óók uitgelegd wilde zien? Moet ik nu ook elke keer gaan uitleggen “4 + 2 = 6, want 1 + 1 = 2, en volgens inductie kunnen we dan bewijzen dat …”? Of krijg ik dan de feedback “1+1=2??? Prove this!” Waar houdt het op?
Wat zijn we in godsnaam met z’n allen op school aan het doen?
Hoofdstuk 14: En nu?
Nu hoop ik dat ik mijn diploma heb gehaald.
Anders wordt dit hele artikel behoorlijk genant :p Bijna achtduizend woorden over hoe stom het onderwijssysteem is en over hoe ik klaar ben met de studie (en achteraf gezien te veel gepraat over hoge punten), en ik moet gewoon nog een jaar.
Mocht ik inderdaad mijn diploma hebben gehaald, dan is hiermee de kous af. Ik ga niet vieren dat ik mijn studie heb gehaald. Ik ga geen baan zoeken in de wiskunde. Ik wil er eigenlijk helemaal niet meer aan denken of mee bezig zijn. Ik kan er ook niet meer aan denken—de laatste maanden werd pijnlijk duidelijk dat er een soort blokkade in mijn hoofd zit die alles van de studie (en wiskunde) afschermt. Misschien is dat wel de grootste reden dat ik nog steeds op een tentamen opschrijf: “4 / 4 = 16”
(En zoals we inmiddels weten: hatsieflatsie, 0 punten!)
Hopelijk waren deze Academische Avonturen leuk om te lezen! En hopelijk was de andere helft van het geheel, met kritiek op onderwijs en mijn gevoel over de studie, eerder interessant dan melodramatisch.
Dit was dan de eerste en meteen de laatste editie van Academische Avonturen. En nu voel ik me verplicht om af te sluiten met een slechte wiskundige grap:
Een goede studie wiskunde die je daadwerkelijk voorbereid op de praktijk? Ik zou er niet op rekenen.
Update (17 Juli 2020)
Jahoor, ik heb allebei de vakken gehaald! Voor Queuing Systems kregen we gratis een half punt erbij omdat die tijdslimiet (van slechts twee uur) inderdaad behoorlijk strak was.
Ook wil ik even opmerken dat ik uiteindelijk 2 (van de 5) punten heb gekregen voor het opschrijven van “Ik heb geen tijd om dit uit te werken, maar ik zou dit en dit doen, en dan denk ik dat er een hyperexponentiële verdeling uitkomt” Zo zie je maar weer: altijd iets opschrijven, zelfs als je geen tijd hebt/het eindantwoord niet (zeker) weet! Want zonder die ophoging en deze punten, had ik het tentamen waarschijnlijk net niet gehaald.
En Complexe Analyse … het blijft toch een raar vak. Ik had een 8 voor het eindtentamen. Ik was al blij geweest met een 5,5. Ik maakte me oprecht zorgen hierover, want toen ik ’s avonds naar bed ging realiseerde ik weer een paar van die superstomme fouten die ik had gemaakt, maar dat bleek dus mee te vallen.
In de eerste opgave moest je alle punten (x,y) uitrekenen waarop een of andere moeilijke functie een afgeleide had. Uiteindelijk kreeg ik de volgende voorwaardes waaraan dat punt moest voldoen: x = 1/y en y = 1/x.
Wat doet mijn domme hoofd? “Oh, dat is natuurlijk alléén waar als x=1 en y=1, dus deze functie heeft alleen een afgeleide in (1,1)!”
Wat natuurlijk niet waar is. Er zijn oneindig veel oplossingen. Bijvoorbeeld, x = 2 en y = 1/2. Of x = -3 en y = -1/3. Dat soort fouten maak ik dus nog steeds.
Hoe dan ook, zodra de punten “officieel” zijn ingevoerd kan ik mijn diploma aanvragen. (Ik ben erop geattendeerd dat het eigenlijk een “bul” heet, maar mijn universiteitswebsite noemt het gewoon een diploma, dus daar gaan we me door.)
En die krijg ik dan … ergens een keer thuisgestuurd met de post? Ik heb geen idee, ik ben er in ieder geval klaar mee.