Zonder enige voorkennis of verwachting ben ik De Boekendief (van Markus Suzak) ingestapt. Ik hoorde de titel al jarenlang veel voorbij komen, altijd ondersteund met lovende woorden, en wilde het eens (zonder spoilers) zelf ervaren.
Enerzijds was dat misschien een fout, anderzijds zorgde dat voor een bijzondere ervaring.
De mensen die deze titel aanbevolen, praatten doorgaans over epische fantasyverhalen, dus dat was ook deze keer mijn verwachting. Maar dit is geen epische fantasy. Dit is een realistisch, aangrijpend, prachtig geschreven verhaal over het leven in een arme Duitse straat tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Het duurde een paar verwarrende hoofdstukken voordat ik doorhad wat er aan de hand was. De verteller was blijkbaar “De Dood”, de setting was blijkbaar in Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog, en de hoofdpersoon was blijkbaar een jong meisje. (Dat is iets heel anders dan een Young Adult fantasy verspreid over 2000 pagina’s en tientallen zelfbedachte werelden.)
De eerste avond dat ik het boek las, twijfelde ik dan ook of ik door moest lezen. Ik begreep simpelweg niet wat er gebeurde, mede omdat ik met compleet tegenovergestelde verwachtingen was begonnen.
Gelukkig heb ik doorgezet, want het boek bleek uiteindelijk de moeite waard.
Ik vond De Boekendief een interessant en meeslepend verhaal, emotioneel, met een unieke invalshoek, en bovenal prachtig geschreven. Mijn enige minpunten zijn dat het boek ietwat traag en repetitief is. Ik geef het 9 uit 10 sterren.
Hieronder zal ik toelichten wat ik zo geweldig (of minder geweldig) vond aan het boek. Jammer genoeg moet ik hiervoor flinke spoilers geven, dus als je een spoilervrije review wil, lees dan slechts tot aan de spoilergrens.
Wat is het idee?
Dit boek wordt verteld vanuit “De Dood”, wat betekent dat je vaak van locatie of personage wisselt, soms zelfs nergens specifiek bent, en eigenlijk niet echt “in het hoofd” zit van de personages (zoals normaal gesproken in boeken).
Enerzijds vond ik dit een interessant en vernieuwend perspectief, zeker als de Dood een grap maakte of een bepaalde “attitude” aannam, anderzijds had er meer uitgehaald kunnen worden. Uiteindelijk heeft de Dood een paar goede quotes, hier en daar een invalshoek die je aan het denken zet, maar praat hij toch vooral over kleuren en het onvermijdelijke feit dat iedereen uiteindelijk doodgaat (als je het boek leest, zal je zien wat ik bedoel).
Desalniettemin is Liesel de overduidelijke hoofdpersoon. Het verhaal begint in de trein, terwijl ze met haar moeder en broertje op weg is naar een nieuw onderkomen. Haar broertje overlijdt plotseling en zo wordt Liesel uiteindelijk, helemaal alleen, afgezet bij haar nieuwe verzorgers in een arme straat in een klein Duits dorpje.
Normaal gesproken zou ik hier schrijven over de eerste gebeurtenis die het hele verhaal in gang zet. De grote plot twist, de interessante wending in hoofdstuk 1, die het “idee” van het boek weergeeft.
Maar dit boek heeft dat niet. Het gaat eigenlijk vooral … over de simpele levens van alle mensen uit deze simpele straat. Over Liesel die opgroeit, leert lezen, boeken gaat stelen, vrienden maakt, en nog veel meer.
Het duurt erg lang voordat er schot in de zaak komt. En zelfs dan lijkt de schrijver totaal niet geïnteresseerd in de dramatische consequenties van bepaalde dingen: hij vertelt een situatie zoals het is en het hoofdstuk daarna zijn we weer terug bij de normale levens van de mensen in de straat.
En uiteindelijk is dat ook het idee van dit boek: het leven weergeven van de gewone Duitse burger tijdens de Tweede Wereldoorlog. Van de mensen die hun eigen problemen hadden, die misschien helemaal niet achter de ideeën van Hitler stonden, en gewoon probeerden te leven en op te groeien.
Je ziet Liesel opgroeien, nieuwe dingen leren, langzaam volwassen worden, en inzichten krijgen. En bovenal: ze leert lezen en gaat boeken stelen. Wederom, dat “stelen” van boeken wordt niet gebruikt voor dramatische of spannende scènes: de schrijver gebruikt het slechts als rode draad om een thema te bespreken. De kracht van woorden, dat is het tweede grote idee van dit boek.
Waarom was het zo goed?
Ten eerste kan ik een unieke invalshoek en verteller altijd waarderen. Er zijn zoveel verhalen over verzetshelden, over mensen aan het front, over de mensen achter de schermen tijdens de Tweede Wereldoorlog, al dat soort dingen. Een verhaal vanuit een arme Duitse straat is nieuw. Eentje vanuit de ogen van een klein kind, die dus voor het overgrote deel de situatie compleet negeert, is al helemaal bijzonder.
Ook vond ik de schrijfstijl verrassend goed. Met grote regelmaat kwamen prachtige zinnen of inzichten op je af, terwijl het boek zelf helemaal niet ingewikkeld geschreven is of moeilijk doorheen is te komen. Ik had het gevoel alsof ik elke prachtige zin meerdere keren moest lezen. Of dat ik er een blaadje bij moest houden om die poëtische zinnen vast te leggen.
Mede vanwege die schrijfstijl en de invalshoek, blijft een lang boek over vrij normale Duitse levens toch boeiend om te lezen. (Misschien is dat wel het knapste. Dat deze schrijver durfde om dit te doen en het ook nog wist uit te werken, in plaats van aan het eind van elk hoofdstuk een of andere cliffhanger te stoppen. Er is immers genoeg spannends te bedenken tijdens zo’n oorlog.)
Ten derde vond ik het thema interessant: de kracht van woorden. Het verhaal laat zien, al is het iets subtieler en minder uitgewerkt dan ik had gewild, hoe woorden kunnen maken of breken. Hoe een hele natie een leider kan volgen in een verschrikkelijke oorlog, allemaal vanwege de woorden die hij spreekt. Maar ook hoe een onderdrukte en verslagen Jood zichzelf kan oprichten door de simpele woorden van een Duits tienermeisje. (Zeker de “prentenboeken” die iemand uiteindelijk voor Liesel maakt waren een grappige en mooie toevoeging.)
En als we toch over personages praatten: deze waren allemaal sterk neergezet, zonder uitzondering. Een eigen persoonlijkheid, een paar slechte eigenschappen, maar altijd genoeg om ze herkenbaar te maken. Altijd iets waardoor je van ze gaat houden. Zelfs de personages met de meest tegenstrijdige gedachten, zoals de vrouw die met haar hele hart achter Hitler staat en de man die tegen alle regels in Joden helpt, hebben uiteindelijk een heel menselijke haat-liefde verhouding.
Niet te vergeten het laatste sterke punt: de plot twist aan het einde was … onverwacht en knap. (Nee, het is niet “ze waren allemaal allang dood en dit was een droom” of “de oorlog was allang voorbij, dit boek was een trauma in iemands hoofd” De gebeurtenis was veel beter opgezet en beter afgewerkt.) Zeker in een boek waarin verder weinig gebeurd en alles vrij normaal wordt beschreven, komt de laatste gebeurtenis in het boek met een klap binnen.
Na het schrijven van deze recensie, kon ik niet stoppen met erover nadenken. Dus nu, een week later, wil ik nog wat toevoegen: het was echt een goed boek. Ik heb gelachen, ik heb gehuild, het heeft me aan het denken gezet, er waren spannende en bijzondere situaties.
Als ik kritiek geef, dan is het omdat ik extreem kritisch ben (in het algemeen) en simpelweg bepaalde persoonlijke voorkeuren heb.
Bijvoorbeeld, hoewel ik denk dat je met de Dood als verteller méér kunt dan dit boek doet, blijft het een goed idee en ook goed uitgewerkt. Er is een reden dat dit figuur het verhaal vertelt en op de voorkant van het boek staat.
Oftewel, laat mijn verhaal je niet ervan weerhouden om het boek te lezen.
Waarom is het geen tien sterren?
Het zijn allemaal kleine redenen, maar genoeg om het boek geen tien sterren te geven:
- Het boek is op veel plekken wel erg traag en langdradig. Er gebeurt vrij weinig, en, zoals ik al kort benoemde, de schrijver lijkt expres spannende situaties te vermijden.
- De unieke verteller (de Dood) had meer ruimte kunnen krijgen, evenals het hoofdthema (waarop zelfs de boektitel is gebaseerd!).
- Het begin is echt behoorlijk verwarrend en ik zie, na het lezen van het hele boek, niet het nut van enkele delen van het boek.
- Doordat je in niemands hoofd zit en soms zelfs lange sprongen maakt in de tijd, mis je soms wel iets van connectie met de personages en verlies je de “immersie”. Je weet niet wat er de afgelopen 6 maanden is gebeurd in die ene straat, het wordt niet echt genoemd, dus je kan je minder inleven. Of ineens zijn personages een jaar ouder en een stuk langer!
Zoals ik aan het begin al zei: dit kan ook te maken hebben met mijn verwachtingen voor het boek en mijn reguliere leesvoer. Doorgaans lees ik boeken waarin veel sneller veel meer gebeurd, en de meeste gebeurtenissen een magisch of fantastisch element hebben. Dan is dit boek natuurlijk iets heel anders.
Conclusie
Lees dit boek!
(Of kijk de film, hoewel die minder schijnt te zijn. Misschien dat ik binnenkort de tijd en ruimte vind om de film ook te kijken en analyseren.)
Alleen al de schrijfstijl is de moeite waard. Het feit dat het een bijzondere invalshoek is op een situatie die iedereen anderzijds al tientallen keren heeft gezien, maakt het nog beter. En dat het boek duister en realistisch durft te zijn, met “De Dood” als verteller en een gebrek aan “happy end”, kan ik ook waarderen.
Daarom geef ik het 9 uit 10 sterren.
Spoilergrens!
Omdat de Dood het verhaal vertelt, kan hij natuurlijk steeds hints geven (“foreshadowing”). Hij vertelt hier dat een personage blijft leven, of daar juist dat iemand te vroeg sterft. Hij suggereert door taalgebruik dat iets wel of niet goed afloopt.
Dit was verrassend geruststellend. Als ik las dat mijn lievelingspersonage veilig was, leek er een last van mijn schouders te vallen tijdens het lezen. Een raar gevoel, maar iets om op te merken.
Tegelijkertijd gebruikt de schrijver dit om je op het verkeerde been te zetten. Eerder in het verhaal zegt de Dood dat Rudy (Liesel’s beste vriend) sterft bij een bombardement. Oké, kan ik me daar alvast op voorbereiden. Het hele boek lang blijft de vraag in je hoofd hangen: hoe gebeurt het? Wanneer? Vervolgens zijn er meerdere ogenblikken waarbij Rudy tijdens een bombardement net een beetje achterblijft.
Je hoofd denkt: oh nee, oh nee, nou gebeurt het! Maar het gebeurt niet.
Nee, iedereen blijft verrassend levendig … tot het einde van het boek.
Iedereen behalve Liesel sterft tijdens een bombardement.
Nee, dat zag ik niet aankomen. Daar had ik me niet op voorbereid. Uiteindelijk hartstikke logisch en goed beschreven, maar op het moment zelf moest ik het even twee keer lezen.
Zo vertelt de Dood ook dat Hans, één van Liesels verzorgers, gek genoeg in twee oorlogen heeft gevochten en ze allebei heeft overleefd! Dus ik was blij: yes, hij blijft leven. Maar natuurlijk was dit weer een valstrik: er werd alleen verteld dat hij niet aan het front gestorven was, niet dat hij het boek overleefde.
Dit hele boek is eigenlijk een hele langzame opbouw naar dit moment en dat kan ik zeer waarderen.
(Zeker de hele verhaallijn van Rudy die Liesel vraagt om een zoen, herhaaldelijk, maar hem steeds niet krijgt, zelfs als hij iets heldhaftigs of grappigs doet … die kwam binnen. En dat Liesel uiteindelijk pas de zoen geeft als Rudy is gestorven. Dat soort dingen zetten je aan het denken, zeker als je ze niet aan zag komen, want dan is het net zo onverwacht als in het echte leven.)
Andere verhaallijnen die ik goed vond, waren het stiekem onderdak verlenen aan een Jood, en het feit dat de vrouw van de burgemeester expres Liesel toestond om haar boeken te stelen. Ik weet niet, dat tweede vond ik gewoon iets heel grappigs en specifieks om in een verhaal te stoppen, maar tegelijkertijd paste het perfect.
Dat eerste was natuurlijk te verwachten, maar wederom was het anders uitgewerkt dan in andere verhalen. Er was maar één moment van spanning, één korte scene waarin iemand kon ontdekken dat Liesel en haar ouders een Jood in hun kelder lieten verstoppen. Verder was hij eigenlijk altijd veilig en ging het vooral over de gevolgen van zo’n manier van leven. Als je de buitenlucht niet meer kan zien, als één blik op de sterren je verblindt met hun felle licht, als je elke dag alleen maar in een kelder zit en slaapt. Dat hij uiteindelijk doodziek wordt van die manier van leven, ondanks zijn beste pogingen om fit te blijven en goede moed erin te houden.
Hmm, eigenlijk verrassend weinig spoilers. Desondanks, dit wilde ik nog even kwijt over het boek. (Mocht ik ooit een boek schrijven dat eindigt met zo’n zelf plot twist, dan weet je waar het vandaan komt. Hopelijk heb ik dan de gave om net zo mooi te schrijven en net zo goed op te bouwen als in dit boek.)