Header / Cover Image for 'One Paper Games'
Header / Cover Image for 'One Paper Games'

One Paper Games

Ik denk dat ik een nieuw genre (bord)spellen heb uitgevonden.

Natuurlijk weet ik niet zeker of ik de allereerste ben met het idee, maar ik kan online niks vinden wat erop lijkt, dus ik ga het idee gewoon claimen.

Ik noem het genre “One Paper Games”!

Het idee is simpel. Een “one paper game” is een volwaardig (bord)spel met de volgende eigenschap:

Het spel bestaat uit niks anders dan één A4-tje (en korte spelregels).

Laat dat even op je inwerken. Je krijgt een heel spel, en het enige wat je hoeft te doen is één blaadje (gratis) downloaden en uitprinten.

Hoe kan dit? Hoe gaat dit in zijn werk? Waarom heb je dit geweldige nieuws niet eerder met de wereld gedeeld?!

Lees verder, lees verder!

Je kunt al mijn bordspellen vinden op deze link: Bordspellen. Hier staat ook een aparte lijst met al mijn “One Paper Games”.
Mocht je denken “wie is deze gast en waarom denkt hij genres uit te kunnen vinden?!” Ik ben een freelance kunstenaar, en met name een professionele game developer (voor computerspellen) en ontwerper. Niet alleen heb ik een enorme interesse in hoe je een goed spel maakt, ik heb ook het (misschien misplaatste) vertrouwen dat ik ze op een professioneel niveau kan maken. Ook al is bordspellen maken maar een hobby, op dit moment.

Waarom bordspellen niet hip zijn

Ik vind bordspellen geweldig, maar heb de afgelopen jaren gemerkt dat niet iedereen er hetzelfde over denkt. De meeste mensen denken bij bordspellen aan van die duffe, veel te moeilijke, veel te dure kartonnen dozen, kaarten en fiches.

Maar dat is allang niet meer zo. Inmiddels zijn bordspellen veel cooler en veel toegankelijker. Ik heb dan ook vaak gezien dat als ik eenmaal mensen aan het spelen krijg, ze meteen enthousiast zijn en ook spellenliefhebber worden.

Dus dat is het grote probleem: die eerste drempel overkomen.

Andere problemen met bordspellen zijn …

  • Ze zijn nogal duur (zowel om te kopen als om te maken).
  • Je kunt ze niet makkelijk uitproberen (om te weten of je er eentje leuk vindt)
  • Vaak koop je een spel van 30-40 euro dat je vervolgens maar een paar keer speelt. Of waarvan je denkt: had dit niet wat minder onnodige onderdelen kunnen hebben?
  • Ze zijn niet handzaam: het is moeilijk om ze mee te nemen en nog moeilijker om een ruimte te vinden waar je ze kunt opbouwen. (Althans, voor langere tijd. Ik ben de tel kwijtgeraakt hoe vaak halverwege een spel iemand ineens een deel van de tafel nodig had en we moesten verplaatsen. Of dat de hond ineens besloot om mee te gaan spelen … met z’n kont.)

Met OPG ( = one paper games) probeer ik al deze problemen op te lossen!

Wat is het idee?

Het idee is dat je een A4-tje uitprint met daarop het speelbord. Je hoeft verder niks anders te printen, of uit te knippen, of te kopen.

Naast dit papier heb je maar één ander voorwerp nodig: schrijfgerei. Een pen, een potlood, een stift, wat dan ook. Het liefst heb je één pen per speler, maar desnoods deel je gezamenlijk dezelfde pen.

Waarvoor zijn deze pennen nodig?

Men speelt het spel door op het papier te schrijven.

Ik zal hieronder een voorbeeld geven van het allereerste idee dat ik hiermee bedacht.

Het is veruit de zwakste van al mijn projecten, want ja, het was mijn eerste poging. Maar het is wel het simpelste voorbeeld voor dit artikel.

Paper Thieves

In dit spel speelt iedereen een dief. Je wint het spel door als eerste een aantal unieke schatten te stelen en vervolgens de stad uit te vluchten.

Dit was de eerste kaart die ik maakte voor het spel (Amsterdam):

(Dit is overigens niet de eerste versie van deze kaart, maar de tweede versie. In de eerste versie had je veel meer uitgangen en veel dunnere wegen. Hierdoor was het spel te makkelijk om te winnen … en was het te moeilijk om dingen op te schrijven.)
(Dit is overigens niet de eerste versie van deze kaart, maar de tweede versie. In de eerste versie had je veel meer uitgangen en veel dunnere wegen. Hierdoor was het spel te makkelijk om te winnen … en was het te moeilijk om dingen op te schrijven.)

Iedere speler kiest een symbooltje voor zichzelf (een hartje, een cirkel, een smiley, …) Hieraan zullen ze de rest van het spel worden herkend. Om te beginnen, kiest iedereen een leuke beginplek en tekent daar hun gekozen symbooltje.

Vervolgens mag je elke beurt één van twee acties doen:

  • Jezelf verplaatsen: zoek een vakje waar jouw symbool staat en loop vanaf daar één vakje verder.
  • Politie verplaatsen: hetzelfde, maar dan verplaats je de politie (het “P” symbool dat al op de kaart staat)

Als je eindigt op zo’n gekleurd gebied, steel je de schat die daar ligt. De stippellijnen aan de randen zijn de vluchtwegen uit de stad.

(Natuurlijk zijn er nog ietsje meer regels. Zo kun je nooit langs een politiesymbool lopen (want dan wordt je opgepakt) en heeft elke schat een speciale kracht die je krijgt als je hem pakt. Maar wat hierboven staat is praktisch de kern van het hele spel.)

Simpel toch? Deze spelregels passen—inclusief voorbeelden, plaatjes en logo’s—op anderhalf A4-tje.

Nog belangrijker: om dit spel te spelen, hoef je dus alleen bovenstaand plaatje uit te printen en ergens een pen te vinden. (En een paar vrienden om mee te spelen, natuurlijk.)

Het spel zelf is dus niet geweldig, dat geef ik toe. Het was mijn eerste poging, ik heb hierna véél betere One Paper Games gemaakt.

Maar het lost al die problemen op die ik hierboven beschreef, zonder een veel te simpel/cliché/kinderachtig spel te zijn.

(En spelers waren verbaasd: “Oh zal ik even ergens pionnen pakken?” “Nee, dat is niet nodig.” “Wacht … we gaan op het papier schrijven?”)

Voordelen

Inmiddels heb ik een stuk of zes verschillende ideeën voor One Paper Games opgeschreven. Ik moet de meeste nog uitvoerig testen, maar alleen al het denkproces heeft heel duidelijk de voordelen en nadelen bekend gemaakt.

Dit zijn de voordelen van dit systeem:

  • De kosten zijn heel laag. Per potje dat je wil spelen hoef je slechts één velletje te printen, wat hoogstens een paar cent kost.
  • Je kunt het overal mee naartoe nemen en overal spelen. (Het is immers maar een papiertje.)
  • Het is heel snel op te zetten en uit te leggen. (Wederom, leg het papiertje neer, leg een handjevol regels uit, en je bent bezig.)
  • Het kan zowel grote spelersgroepen als kleine spelersgroepen aan. (Een speler meer of minder is zo simpel als een extra pen pakken en enkele spelregeltjes veranderen.)
  • Je kunt het heel makkelijk uitbreiden. Heeft iemand toevallig dobbelstenen? Of een stock kaarten? Of ditzelfde spel een tweede keer uitgeprint? Dit kan je allemaal meenemen in de spelregels als uitbreidingen of varianten.
  • Tegelijkertijd kun je zo wel degelijk een volwaardig spel neerzetten. (Hierover twijfelde ik het meest, maar na de eerste paar testrondes bleek het gelukkig te werken.)
  • Sterker nog, je krijgt nieuwe mogelijkheden.

Ik ben persoonlijk iemand die houdt van innovatie en “gekke” of “experimentele” projecten. Dus ik ben zeer benieuwd in de nieuwe mogelijkheden die deze speelwijze biedt.

Zo realiseerde ik al snel dat je niet per sé het papier intact hoeft te laten. Als je het toch maar één keer gebruikt … waarom zouden spelers niet delen mogen afscheuren of wegknippen (volgens de spelregels, natuurlijk)?

En als we het papiertje toch maar één keer gebruiken, waarom gebruiken we dan ook niet de achterkant voor iets anders? En waarom reserveren we niet heel veel ruimte voor grappige toevoegingen, zoals naambordjes waarop spelers letterlijk de naam van hun zelfverzonnen stad kunnen schrijven?

Hopelijk kan ik al deze gave nieuwe mechanismes vinden en er coole One Paper Games van maken 🙂

Inmiddels heb ik mijn tweede One Paper Game bijna helemaal uitgewerkt en afgerond. Er is nog een voordeel aan het licht gekomen! Dit spel duurt zo’n anderhalf uur om te spelen. Bij drie van de testpotjes moesten we halverwege stoppen omdat we iets anders gingen doen (zoals avondeten).

Normaal gesproken zou dit best vervelend zijn: je moet herinneren waar je was in het spel, je moet ruimte maken, misschien moet je het spel wel (deels) opbergen. Maar niet bij dit soort spellen: je legt simpelweg het papiertje weg en het spel is gepauzeerd! (Eventueel schrijf je nog een snelle opmerking naar jezelf op het blaadje over wie er aan de beurt was.)

Inmiddels heb ik ook OPGs gemaakt waarbij je niet eens iets hoeft te printen! Een leeg blaadje is genoeg, je hoeft het alleen dubbel te vouwen of er met de pen een paar dingen op te zetten, dan kan je al spelen.

Spellen voor iedereen

Een ander onverwacht voordeel is dat deze spellen taalonafhankelijk zijn. Het hele spel is een papiertje met daarop tekeningen en symbolen, de rest mag men zelf bedenken (zoals welke symbolen men tekent of hoe men iets noemt). Hierdoor kan iedereen het spel spelen, ongeacht welke taal ze spreken!

Om die reden heb ik besloten alle spelregels voor deze spellen in het Engels te doen. Daardoor kan de hele wereld genieten van deze One Paper Games, in plaats van alleen Nederlanders. Je hebt nu slechts één iemand nodig die ook maar enigszins Engels kan lezen en de regels kan uitleggen aan de rest. Desnoods gooi je het in Google Translate.

Een stukje psychologie

Ik heb gemerkt dat dit soort spellen écht aanspreken bij iedereen. Dit vond ik dermate interessant dat ik er verder onderzoek naar heb gedaan.

Eén van mijn vondsten was dat mensen het leuk vinden om spellen “eigen” te maken en een zekere mate van creativiteit en vrijheid te hebben.

Bij OPG is er meer dan genoeg ruimte voor creativiteit en eigenheid. Je mag je eigen symbolen bedenken, op je eigen manier dingen tekenen, je eigen namen geven, et cetera. Desnoods verander je het speelbord of print het op een zelfbedachte manier uit.

Daarnaast hebben mensen een voorkeur voor fysieke spellen. Wij zijn gemaakt om te bewegen en actief te zijn, om de wereld om ons heen te voelen, waardoor iets op een fysiek papier schrijven voor ons leuker is dan iets abstracts zoals een kaart opleggen of zeggen “ik doe dit”.

Iedereen heeft wel eens met z’n pen spelletjes gespeeld (zoals boter, kaas en eieren) of “gedoodled”, en dus voelt het heel natuurlijk en intuïtief om OPG te spelen.

Zo, dat was weer een stukje spelpsychologie. Ik heb dit een eigen kopje gegeven omdat ik het echt heel interessant vind, maar ook omdat het een toevallige bijkomstigheid was. Ik merkte deze gevolgen pas bij het uittesten van het spel, zowel bij mezelf als bij mijn medespelers.

Nadelen

Natuurlijk zitten er ook nadelen aan, anders zou allang iedereen dit soort spellen maken.

  • Je hebt geen enkele “randomness”. Alles op het papiertje staat al vast. Spelers hebben verder geen kaarten in de hand, of dobbelstenen, of wat dan ook. Hierdoor moet je heel erg oppassen dat je spel niet eentonig wordt en elk potje exact hetzelfde verloopt.
  • Het is “zonde” dat je voor elk potje een nieuw papiertje moet printen. Voor sommigen zal dit al te veel moeite zijn of te veel geld kosten, dat begrijp ik.
  • Kwaliteit is niet gegarandeerd. Als je zelf een A4-tje print, is dat natuurlijk een ander gevoel dan een professioneel speelbord met de mooiste kleuren en alles.
  • De “verplaats”-actie (en “weghaal”-actie) zijn nagenoeg onmogelijk. Heel veel spellen kennen een soortgelijke actie: verplaats je pion, haal een tegel weg, etc. Als je op het papier schrijft, kan dit natuurlijk niet. Wat je schrijft, blijft.
  • Het is moeilijk om onderscheid te maken tussen spelers. Omdat een speler in principe elk soort schrijfgerei in elke kleur kan hebben, moet je iets anders vinden om spelers te onderscheiden.

Gelukkig bestaat voor de meeste nadelen een oplossing.

  • Zoals ik al zei, kan je het “randomness”-probleem verzachten door heel goed na te denken over de spelregels en wat je wel/niet op het papier zet.
  • Voor de meeste spellen kan je met een kleine aanpassing een papiertje gewoon hergebruiken. Bijvoorbeeld: in plaats van een pen kan je ook gewoon een potlood gebruiken, en vervolgens alles weer uitgummen. Ook zorg ik ervoor dat zoveel mogelijk spellen in zwart-wit geprint kunnen worden.
  • Eh—nee—hier heb ik geen oplossing voor. Dit is een gevoelskwestie: sommige kunnen zich gewoon echt niet inleven als je op een pietluttig papiertje speelt.
  • Ook het gebrek aan “verplaats”-acties kan je omzeilen met slimme spelregels. Niet helemaal, natuurlijk, maar je kan niet alles hebben.
  • Dit was het eerste probleem waarover ik heel lang heb nagedacht. Uiteindelijk waren er genoeg oplossingen: spelers kunnen een eigen symbool kiezen, ze kunnen een bepaald uniek soort lijn tekenen, ze kunnen allemaal in hun eigen gebied spelen (en daar niet buiten treden), etc.

Conclusie?

Het klinkt haast arrogant om dit te zeggen over een eigen idee, maar ik denk oprecht dat er heel veel potentie zit in deze “One Paper Games”.

Het verlaagt de drempel tot spelen tot een absoluut dieptepunt, zonder dat je daarvoor veel diepgang of kwaliteit hoeft in te boeten.

Ik sta te popelen om al mijn ideeën hiervoor uit te werken en in het echt te proberen.

Wanneer ik een nieuw spel heb bedacht, zal deze op mijn blog verschijnen. Dan kan je hem zelf ook gratis downloaden, printen en meteen spelen 🙂

Ik hoop dat ik anderen kan enthousiasmeren voor dit idee, want hoe meer mensen deze spellen spelen (en maken), hoe beter en geaccepteerder ze worden.

In het begin zal het wat moeilijker zijn: mensen moeten wennen aan het feit dat ze op de kaart mogen schrijven, of dat ze geen pionnen gebruiken, et cetera. Maar ik heb gezien dat het idee werkt en dat het zelfs heel leuk en natuurlijk voelt om in een spel je acties te tekenen.

Want een wereld waarin iedereen zo goed als gratis hele leuke (bord)spellen samen kan spelen? Daar teken ik voor.

P.S. Mocht je niet helemaal overtuigd zijn, of eerst willen afwachten hoe dit genre zich ontwikkelt, dan wil ik je verwijzen naar de genres die dit indirect hebben geïnspireerd. De zogenaamde “roll and write” (of “flip and write”) games en “drawing games” in general. Goede voorbeelden zijn:

  • “Welcome to …”
  • “Railroad Ink”
  • “Let’s make a bus route”
  • “Ganz schön clever”
  • “Qwixx”
  • “A fake artist goes to New York”
  • “Happy Little Accidents”
  • “Pictomania”