Header / Cover Image for 'Studiomuziek: een onbegrijpelijke kwestie'
Header / Cover Image for 'Studiomuziek: een onbegrijpelijke kwestie'

Studiomuziek: een onbegrijpelijke kwestie

Ik luister vooral muziek via YouTube. Deze gewoonte is ooit uit noodzaak ontstaan: mijn laptop was het enige apparaat waarmee ik muziek kon luisteren, en ik had geen geld voor een streamingdienst (en geen zin in reclames anderzijds). Dus als ik een liedje wil horen typ ik het in bij YouTube.

Wat krijg je dan als resultaten? Eerst krijg je de officiële videoclip (als die bestaat) en daarna een handvol “Lyric videos” van fans. Maar dáárna gaat de schatkist pas open met live uitvoeringen en alternatieve akoestische uitvoeringen. Ik luister bijna alleen maar die specifieke uitvoeringen. Van veel artiesten weet ik niet eens hoe hun nummers “normaal klinken”, of wat er op hun studioalbums staat.

Opmerking: ik ben dan ook geabonneerd op een paar kanalen die elke week/maand een willekeurige artiest een paar alternatieve uitvoeringen laten doen. Eén daarvan is La Blogotheque met de Take Away Show. Zoals de naam suggereert, spelen ze een nummer terwijl ze door de stad lopen. Als ze niet aan het lopen zijn, kiezen ze een mooi onbekend plekje in Parijs voor de opname.

De reden hiervoor is simpel: de studioversie van het nummer is lelijk. Keer op keer hoor ik een leuk nummer, raak ik helemaal enthousiast, begin ik het album te luisteren, om er tot mijn verbazing een hekel aan te hebben. De versie op het album is véél minder mooi/leuk/krachtig dan die ene live uitvoering—vaak met niets meer dan een paar stemmen en een paar gitaren.

Laten we eens kijken naar een paar voorbeelden.

Voorbeeld 1: Helena Deland

Bijvoorbeeld: Helena Deland zingt in onderstaande video de nummers There Are A Thousand en Two Queries. (Ik dacht eerst dat het één nummer was met de titel: “There are a thousand and two queries” wat ik een superinteressante titel vond. Maar ja, dat bleek dus niet zo te zijn.) Het eerste nummer begint rond 0:40, het tweede nummer rond 4:50.

Ik vind het prachtige nummers én uitvoeringen. Maar, luister nu eens naar de studioversie van het tweede nummer:

Het is nog steeds een goed nummer, en de uitvoering is oké, maar is het beter dan de live uitvoering? Nee, ik vind het zelfs minder goed. De toegevoegde effecten vind ik alleen maar afbreuk doen aan het nummer.

Dit is de studioversie van het eerste nummer:

Wederom is het oké, maar de toegevoegde effecten maken het nummer een stuk minder voor mij. Hoe verder je in het nummer komt, hoe minder leuk het wordt in mijn ogen. De drum/beat eronder had totáál niet gehoeven en haalt juist veel van het fijne tempo weg. Het lijkt alsof ze gaat voor een meer “dromerig” gevoel, maar dit is het niet het nummer daarvoor, en deze instrumentatie is dan ook grotendeels misplaatst.

Het kan aan mij liggen, maar ik kan die live versie honderd keer luisteren, terwijl ik mezelf door de studioversie moet worstelen. Het is duidelijk dat ze enorm goed kan zingen en schrijven, daarom vind ik het juist zo jammer.

Voorbeeld 2: Billie Eilish

Billie Eilish is de afgelopen jaren naar populariteit gestegen. Ik moet zeggen dat ik haar pas onlangs leerde kennen (via, je raadt het al, YouTube videos van akoestische uitvoeringen). Ze schrijft echt goede muziek! Ze kan heel goed zingen! Ik was enorm onder de indruk van haar live uitvoeringen en heb ze sindsdien veel geluisterd. Hieronder een kleine selectie:

Watch:

Six Feet Under:

Bellyache:

Oké ze zet soms wel een rare stem/intonatie op, kijkt héél moeilijk, en heeft een—eh—interessante kleedstijl soms. Maar goed, dat lijkt een vereiste te zijn voor (pop)zangers deze dagen.

Dit is goed toch? Beter dan de gemiddelde popsong, goed gezongen, goed uitgevoerd—top! Maar dan komen we bij de studioversies …

Om dit verhaal niet te lang te maken, geef ik alleen die van bellyache. (Je kunt natuurlijk de rest ook zelf opzoeken.) Het couplet is nog oké—die komt ook redelijk overeen—maar in het refrein komt er weer een beat onder en allerlei andere effecten. Terwijl ik juist het punchy refrein van de akoestische versie zo goed vond.

Waarschijnlijk dachten ze: “hmm, ze is een popzangeres, ze spreekt jongeren aan: we moeten een beat onder haar refrein stoppen en lelijke effecten over haar stem gooien! Daar wordt het nummer veel spannender/beter/leuker van! Wie heeft er nou een goed en effectief sound design nodig? Wij niet hoor!”

Wederom gaat het mij niet om het nummer of de zangeres. Ze is hartstikke goed. Zelfs haar studioversie van veel nummers is beter dan de meeste andere popnummers. Het gaat me om de rare keuzes die men maakt in de studioversie, als ze zomaar een veel betere en krachtigere live uitvoering uit haar mouw kan schudden.

Voorbeeld 3: Imagine Dragons

Het nummer Shots van Imagine Dragons klinkt zo in de originele studioversie:

Dit is een akoestische versie (waarmee ik het nummer leerde kennen):

ZO VEEL MOOIER. Ik ben niet de enige met dit sentiment. Als je naar de reacties gaat zijn dit de bovenste paar:

“Soooo much better than original! Imagine Dragons seriously needs an instrumental version album <3”

“This version is better than the original. Who agrees?”

“I personally think the piano version is actually better than the original.”

Het is wel duidelijk dat de zanger het op bepaalde momenten erg moeilijk heeft met deze live uitvoering. (Ga dan lager zingen idioot!) Maar zelfs dan is het beter.
Ditzelfde geldt voor veel andere nummers van Imagine Dragons trouwens. De akoestische uitvoering is gewoon beter en komt veel krachtiger over, en de reacties onder de videos zeggen dat.

Voorbeeld 4: Beatles

Ik ben ook geabonneerd op veel YouTube kanalen van personen die leuke covers maken. Laatst kwam ik deze video tegen (van het nummer Tomorrow Never Knows, origineel van de Beatles):

Mooi liedje! Laat ik het origineel luisteren:

Wat? Ik snap dat de Beatles experimenteerden en nieuwe dingen probeerden, maar dit is gewoon niet de beste versie van dit nummer. De zeurende toon erdoorheen is nog nét te tolereren, maar als ze rond de eerste minuut ergens een solo hebben waarbij ze willekeurige toetsen aanslaan haak ik af. Ja, natuurlijk moet je experimenteren. Ja, niet alles hoeft “zuiver” of “perfect” te zijn: ik weet als muzikant al te goed van dissonante tonen, sfeer en spanning/resolutie in muziek. (Live uitvoeringen zijn sowieso vaak minder zuiver of perfect dan de studioversie, natuurlijk.) Maar je moet niet klakkeloos dingen eroverheen gooien om het “anders” of “nieuw” of “hipper” te maken.

Ik hoor je denken: Tiamo, het lijkt alsof je gewoon akoestische nummers leuk vindt, en een hekel hebt aan drums ofzo. Ik snap de gedachte, maar dat is niet zo. Ik luister nog altijd meer niet-akoestisch dan wel, meer niet-live dan wel. Om het verhaal compleet te maken zal ik dan ook een voorbeeld geven van hoe je wel een goede studioversie maakt.

Tegenvoorbeeld 1: Panic! At the disco

Het nummer This is Gospel van Panic! At the disco is echt hartstikke mooi. Ze hebben zowel een volledige studioversie als een pianoversie uitgebracht. Dit vind ik geniaal! Zo heeft iedereen wat wils. Dit zouden ze moeten doen bij elk nummer waarvan ze een studioversie willen maken (en onzeker zijn of dat wel zo goed gaat werken)

Pianoversie:

Hoewel ik geen fan ben van spullen kapotmaken of eten verspillen, is de videoclip wel grappig :p Zoals je hieronder ziet maakt hij sowieso wel leuke videoclips.

Studioversie:

Een live versie:

Ik prefereer de piano versie, maar de studio versie blijft trouw aan het originele lied. Het is een extensie van het nummer in een iets andere richting, mede om het nummer meer dansbaar of radioklaar te maken. Ik vind het prima te tolereren.

Tegenvoorbeeld 2: Goo Goo Dolls

De Goo Goo Dolls is een ongelofelijk goede band die volgens mij nog steeds rond toert, maar natuurlijk niet meer zo actief is als vroeger, want alle leden zijn in de 60. Er was een “gouden periode” waarin werkelijk al hun nummers ongelofelijk goed waren. Het meest bekende nummer zal “Iris” zijn. Dus als je ze nog niet kent: ga luisteren! (Maar wacht even tot je dit artikel hebt afgelezen. Het is bijna klaar.)

Dit is een akoestische versie van het nummer “Here Is Gone” (via dit nummer leerde ik hen voor het eerst kennen, tien jaar geleden):

Dit is de studioversie:

Het is nog steeds hetzelfde nummer—de essentie is hetzelfde gebleven. Toch zijn er heel veel dingen toegevoegd: drums, een hoop verschillende gitaarlijnen, andere effecten, etc. De studioversie is “de complete versie” (klaar voor de radio, of grote concerten, etc.), de akoestische versie is puur het nummer voor meer rustige of intieme setting.

Je hebt ook een studioversie en officiële akoestische versie van het nummer “Name”. Heel veel andere nummers hebben wel alternatieve (akoestische) uitvoeringen op YouTube staan, maar die zijn dan nooit officieel uitgegeven.

Conclusie

Het komt erop neer dat ik de keuzes van artiesten (of waarschijnlijker: sound designers) niet begrijp. Ze zijn in staat om een prachtig nummer te schrijven en prachtig/foutloos uit te voeren bij (live) shows. Waarom dan honderd dingen toevoegen in de studioversie die niet nodig zijn? Sterker nog: die daar niet horen en afbreuk doen aan het nummer?

Dat is de onbegrijpelijke kwestie van studiomuziek.