Header / Cover Image for 'Er zijn twee soorten schrijvers ...'
Header / Cover Image for 'Er zijn twee soorten schrijvers ...'

Er zijn twee soorten schrijvers ...

Ik heb van jongs af aan veel geschreven, en net zoals iedereen vroeg ik van tijd tot tijd het Internet om hulp. Hoe moet ik in vredesnaam beginnen? Waar moet ik over schrijven? Hoe bedenk ik personages? Hoe schrijf ik dialoog?

Het advies dat ik veruit het meeste tegenkwam was: maak een hele goede outline. Elke site had wel weer een andere methode om je boek te plannen en al je personages helemaal vast te leggen, voordat je ook maar één woord had geschreven. Vaak waren de reacties ook “wow, dit heeft mijn boek zoveel beter gemaakt!” en “nu kan ik eindelijk een boek afmaken!” en “zooo geweldig advies”.

Maar soms, heel soms, vond ik een ander geluid. Iemand die zei dat outlines tijdverspilling waren, en hem (of haar) juist tegenhielden. Het advies van die persoon was vaak simpelweg “schrijf wat in je opkomt; je kunt het bij je edits allemaal nog veranderen”. Als jonge puber vond ik dit maar een zweverig verhaal, en dus negeerde ik het compleet.

Hopeloze eerste pogingen

Elke keer als ik een verhaal wilde schrijven zocht ik weer zo’n populaire website op, en begon volgens hun schema mijn verhaal te plannen. Dat proces ging ongeveer zo:

Eens kijken … hoofdstuk 1? Ja, dan ontmoeten Arturio en Melissassia elkaar in het bos, ’s nachts! Spannend! (Vroeger moesten mijn karakters blijkbaar altijd namen hebben alsof ze een rare parodie waren op Latijnse en Griekse leiders.) Oké, hoofdstuk 2? Tja. Wat doen we in hoofdstuk 2? Ik weet het, ze beroven het kasteel van de koning! Mooi, hoofdstuk 3? Hm. Het verhaal is nu eigenlijk al afgelopen. Nee wacht, ze worden gevangen genomen door de koning! En dan in hoofdstuk 4 doen ze hun best om zichzelf te bevrijden, en in hoofdstuk 5 komt alles goed.

Hmm, 5 hoofdstukken is wel erg kort. Maar ik kan nu echt niks meer bedenken. Ik weet niet eens waarom ze gevangen genomen worden, of wie die mensen zijn. Waarom komen ze elkaar tegen in het bos? Het is toch superdom om ’s nachts het bos in te gaan? Ugh, ik ben hopeloos. Hoe kan ik nou ooit een boek schrijven? Waarom zouden mensen dit ooit lezen?

En op dit moment gaf ik het op. Ik heb ongelofelijk veel schriften (en Word bestanden) met daarin de eerste paragrafen of hoofdstukken van een verhaal, waarna ik gewoon stop omdat het ongelofelijk slecht was.

Ik snapte niet hoe anderen dat al helemaal konden plannen. Ik snapte niet hoe ze een outline konden schrijven van 20 hoofdstukken, en dat dan vlekkeloos konden uitwerken. Ze moesten vast en zeker járenlang aan het plannen zijn, en karakters bedenken, en een wereld opbouwen, voordat ze überhaupt met het boek beginnen.

Ik vreesde voor mijn nog-niet-bestaande carrière als schrijver, en schreef alleen nog maar korte verhalen. Daar viel niks te plannen, omdat je hoogstens 3 of 4 hoofdstukken had. Ik had een grappige beginsituatie, twee hoofdstukken om van kwaad naar erger te gaan, en dan wordt het weer op een grappige manier opgelost.

Een inzicht!

En toen merkte ik iets geks. Ik wilde helemaal niet stoppen aan het einde van het verhaal. Ik had net 3 hoofdstukken lang stukje bij beetje een wereld en personages opgebouwd, en terwijl ik het einde schreef bedacht mijn hoofd ineens allerlei andere mogelijkheden. Maar wat nou als hij niet gered wordt? Wat nou als hij stiekem kan toveren? Wat nou als zij eigenlijk iets anders wil doen met haar leven? Wat nou als de slechterik in een grote plot twist de jeugdvriend van de held is, en zo het eindgevecht wint?

De outline schreef zichzelf. Ik was simpelweg aan het improviseren, en ik liet allerlei gedachtes door mijn hoofd zwerven, en er was altijd wel iets waar ik mee verder kon. Dus de korte verhalen werden langer. Ik moest ze opbreken in meerdere, losse korte verhalen. Ik bedacht personages die ik zó interessant vond dat ze in andere korte verhalen terug moesten komen, waardoor ik een soort “universum” maakte waarin al mijn korte verhalen samen leefden en soms overlapten. Allemaal per ongeluk, omdat ik simpelweg het eerste het beste idee pakte en daarmee doorging.

En toen nam ik de proef op de som. Ik had een groots idee dat ik wilde uitwerken, ik wist hoe ik wilde beginnen en met welke hoofdpersonages … en ik begon gewoon. Geen plan. Geen einde. 90% van de personages en gebeurtenissen nog niet bedacht. Ik schreef waar ik zin in had, zelfs als het me naar een compleet andere plek bracht dan ik had verwacht. (In sommige verhalen was letterlijk het enige idee dat ik had “dit personage sterft op heldhaftige wijze aan het einde”, en toen het verhaal af was ging het einde ineens “dit personage is eigenlijk een lafaard en vlucht op het einde, waardoor de slechterik overwint, en ik een deel 2 moet schrijven”)

Zo schreef ik binnen 2 maanden ineens mijn eerste boek. Het voelde niet eens als grote moeite, en toch waren het 120,000 woorden. Natuurlijk, er zaten veel gaten in het plot, of irrelevante scenes die op dat moment grappig leken. Maar het was toch een boek, van begin tot eind, waar zeker een goede kern in zat. Inmiddels heb ik 2 keer het boek opnieuw gelezen en heel veel onderdelen verbeterd/weggeknipt/verplaatst, en het is anders geworden dan de eerste versie, maar toch … het is een boek en het is af!

De 2 soorten

Hoe kan dat? dacht ik. Hoe kunnen al die bekende schrijvers en succesvolle websites het verkeerd hebben met hun outline-obsessie? Nou, wat blijkt, ze hadden het niet verkeerd. Na veel onderzoek blijkt dat schrijvers in het algemeen onderverdeeld kunnen worden in twee categorieën: (welke ik zelf onderstaande namen heb gegeven)

  • Meesterbrein: plant alles van tevoren, spreekt een harde strategie af, en pas wanneer alle voorbereidingen klaar zijn gaat hij van start
  • Ontdekkingsreiziger: begint gewoon met schrijven, en accepteert dat hij later waarschijnlijk nog veel zal moeten aanpassen

Ik vind het belangrijk dat beginnende schrijvers dit weten. Nu worden ze in het ene of het andere keurslijf gedrukt, terwijl ze allebei de methodes zouden moeten uitproberen en uiteindelijk degene kiezen die voor hen het beste werkt.

Ik las bijvoorbeeld over studenten van een (creatief) schrijven studie, die een onvoldoende haalden omdat ze van tevoren geen “outline” hadden aangeleverd. Ze schreven nooit met een planning, en hadden dat ook duidelijk niet nodig, maar ja—de professor had zijn eigen methode en iedereen moest en zou die gebruiken.

Veel mensen met schrijver-aspiraties geven als voornaamste obstakel “ik loop al vast als ik nog aan mijn boek moet beginnen”, en tegen die mensen wil ik zeggen: begin gewoon met schrijven! Wat maakt het uit dat je een keer een hoofdstuk schrijft dat uiteindelijk weggaat? Wat maakt het uit als je het verhaal in een bepaalde richting neemt, en 2 dagen later ziet dat je precies de andere richting had moeten hebben? Je hebt tenminste iets gemaakt. Iets wat je kunt verbeteren, en iets waarvan je sowieso veel hebt geleerd.

Aan de andere kant, als mensen zeggen “ik schrijf mezelf constant naar een doodlopend eind” of “ik weet gewoon niet in welke richting mijn verhalen moeten”, wil ik zeggen: probeer eens eerst een goede outline te maken! Dan weet je precies waar je heen gaat, voordat je überhaupt bent begonnen. Dan kun je het hele proces voor je zien, waarschijnlijk in een tabelletje in Word.

Kortom, er zijn twee soorten schrijvers, en het helpt enorm om dat te weten. Ga eens in de schoenen staan van beide soorten, en kijk welke het beste bij je past. Ik weet zeker dat dit voor veel schrijvers de blokkade weghaalt. Het heeft mij in ieder geval doen inzien hoe ik het liefst schrijf, en ik ben nooit eerder zo productief geweest. Ja, ik heb een waslijst aan opmerkingen die ik nog moet verwerken in mijn boek, maar dat valt heel erg mee als je het vergelijkt met die 120,000 woorden die al geschreven zijn :p

Opmerking! Er zijn vanzelfsprekend gradaties. Er zijn ook mensen die al improviserend een verhaal beginnen, maar na 5 of 10 hoofdstukken tot het einde wel de boel plannen. Dan weten ze namelijk genoeg van hun personages en verhaallijnen, en helpt het om het einde toch vast te leggen. (Anders krijg je iets wat men vaak over Stephen King’s boeken zegt: het is allemaal geweldig … maar het einde komt eigenlijk uit de lucht vallen en had een stuk beter gekund. Stephen King schrijft namelijk compleet improviserend, waardoor je van interessant moment naar interessant moment springt, maar niet gedurende het boek naar een einde toewerkt.)

Case in point

Deze hele website begon op mijn moment van verlichting :p Ik zag dat ik het beste gewoon kan beginnen met een onderwerp of interessant statement, en dan in één ruk door moet schrijven tot het helemaal af is. Niet twijfelen. Ik wist dat ik het zodoende over allerlei uiteenlopende onderwerpen zou hebben, sommige relevant en sommige totaal niet, en daarom heet de website ook niet dat het uitmaakt.

Voordat ik de eerste post schreef, had ik deze regels voor mezelf:

  • Met regelmaat (uiterlijk eens in de twee weken) iets posten.
  • Als ik eenmaal ben begonnen, in één keer doorschrijven tot het einde.
  • Wanneer een post klaar is, meteen publiceren. (Kijk er in ieder geval de komende tijd niet meer naar terug.)
  • Als ik een idee heb, mag ik wel meteen het idee als concept opslaan. (Maar als ik mezelf betrap op dat ik al begin te schrijven, moet ik het ook afmaken. Dat is meestal totaal geen probleem.)
  • Geen marketingtrucjes. (Wat? Nou, je wordt zo’n beetje doodgegooid met technieken die je zou moeten toepassen om meer bezoekers naar je blog te krijgen. Je zou heel slim je titel moeten kiezen, en bepaalde “keywords” in je verhaal verstoppen, bla bla. Ik vind het verschrikkelijk. Dit blog redt het ook prima zonder die stiekeme onzin. En zo niet, niet mijn probleem :p)

Opmerking! Heel vaak dan publiceer ik iets wel meteen, maar dan plan ik voor de toekomst. Soms heb ik namelijk een dag vrij, en dan schrijf ik misschien 3 artikelen in één keer, en ik vind het overdreven om ze dan allemaal tegelijkertijd te publiceren. Dus dan plan ik er eentje in voor volgende week, en de ander voor over twee weken.

Opmerking! Ik type (gelukkig) uit mezelf zonder veel taalfouten. Dus, als ik een post af heb, kan ik die met een gerust hart publiceren. Soms, echter, lees ik een oude post terug en merk ik dat de flow er niet in zit, of dat stukjes zijn verouderd, of dat ik simpelweg een logische fout heb gemaakt. Dat is het enige moment waarop ik het achteraf mag editen.

Waarom vertel je dit? Omdat deze stomme regels voor mezelf—het “we schrijven zonder plan en hopen dat het goed komt”—nu al meer dan 200 posts heeft opgeleverd. (Niet gaan natellen; enkele daarvan zijn nog niet gepubliceerd :p) Voor mij werkt het uitstekend. Met een outline had ik nog steeds moedeloos voor een halfleeg blaadje gezeten. Maar dat betekent niet dat het voor iedereen werkt. Als je wilt schrijven, kijk wat het beste bij jou past.

Hopelijk heeft iemand hier iets aan.