Header / Cover Image for 'Teleurgesteld'
Header / Cover Image for 'Teleurgesteld'

Teleurgesteld

Ik heb lang naar dit woord gezocht, maar ik denk dat ik hem heb gevonden. Mijn hele jeugd heb ik opgekeken naar het moment dat ik “volwassen” zou zijn. Toen ik klein was wilde ik sterker, en slimmer, en wijzer zijn. Ik wilde meer verantwoordelijkheid hebben, meer geld, meer mogelijkheden, mijn eigen huis, eigen baan, et cetera. Ik dacht: als ik later volwassen ben, als ik later deze hele rotzooi met school heb gehad, dan komt alles goed en is alles geweldig. Nou, je raadt het al: ik ben teleurgesteld.

Niet eens boos, niet eens verdrietig, ik geef niemand de schuld, ik heb niet het idee dat ik voor de gek ben gehouden—ik ben gewoon teleurgesteld. Na jaren van afzien, veel te laat naar bed gaan en weer veel te vroeg opstaan, veel te veel eten en dan alsnog honger hebben, ben ik niks opgeschoten. Ik moet nog steeds elke dag dingen doen die ik niet wil, alleen nu zit er nog meer druk achter, aangezien ik op z’n minst voor mezelf moet zorgen en geld moet zien binnen te krijgen.

Nou kun je natuurlijk zeggen dat het in het leven niet gaat om het einddoel, maar om de weg er naar toe. Je kunt zeggen dat het niet uitmaakt wat je hebt, of wat je op dit moment hebt bereikt, maar dat het gaat om dat je gelukkig bent en anderen ook geluk brengt. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan (zoals alles eigenlijk), en ook in dat opzicht ben ik teleurgesteld.

Ik ben door te dromen over de toekomst vergeten hoe je gelukkig moet zijn. Ik ben door veel te hoge verwachtingen te stellen vergeten hoe je gewoon tevreden kan zijn met alles. Ik ben door mijn volwassenheid na te jagen vergeten hoe je rust kan nemen en vrede kan hebben met alles (en vooral jezelf).

Op het moment ben ik ziek. Erg ziek, en men weet niet wat het is. Ik heb mijn hele leven veel gesport, ik ben steeds beter gaan eten, ik heb altijd hard aan school gewerkt, maar toch ging het allemaal mis. Ik zie de helft van de tijd wazig, ik heb altijd buikpijn, altijd koorts, altijd moe, altijd het idee dat ik ga stikken, altijd hoesten en spieren die ineens niks meer willen, en ik kan nauwelijks meer langer dan een paar minuten nadenken. En toch, ondanks dit alles, verwacht iedereen dat ik doorga met een toekomst najagen. Het gevoel dat ik elk moment dood kan neervallen moet blijkbaar weggeschoven worden als je volwassen bent. Ik kan op het moment niet gelukkig zijn, want ik kan niks meer, maar ik kan ook niks doen waardoor ik in de toekomst (eventueel) gelukkig ga zijn—dus wat moet ik dan?

Als ik morgen daadwerkelijk dood zou gaan, zou ik vooral teleurgesteld zijn, en anderen teleurstellen. Ik zal spijt hebben dat ik niet nog een laatste keer met mijn beste, lieve vrienden iets heb gedaan. Ik zal spijt hebben dat ik iedereen waar ik om geef geen laatste knuffel heb gegeven. Ik zal spijt hebben dat ik zoveel aan mijn eigen ziekte en toekomst dacht, dat ik nooit tegen een ander heb gezegd hoe geweldig ze zijn, of dat ik achter ze sta. Ik zal spijt hebben dat ik al die projecten die ik wilde doen niet ben begonnen, of nooit fatsoenlijk heb afgemaakt. Ik zal spijt hebben dat ik toen ik nog leefde zo zuinig ben geweest op mijn geld, en zo hard ben geweest voor mezelf en anderen, omdat dat zou moeten leiden tot een prachtige, bloeiende toekomst. Ik zal teleurgesteld zijn in wat de inspanningen uit mijn jeugd nou uiteindelijk hebben opgeleverd.

Anderen zullen misschien spijt hebben dat ze me niet meer hebben geholpen, of niet meer met mij hebben gedaan, of dat ze niet samen met mij hadden geprobeerd iets van mijn of hun grootse ideeën op tijd te verwezenlijken. Ik hoop dat anderen mijn dood betreuren, maar niet dat het hun leven op negatieve manier beïnvloedt. Ik hoop juist dat mijn dood mensen zou kunnen samenbrengen, ze kan inspireren om er het beste van te maken en zo lief mogelijk voor elkaar te zijn.

En als ik er zo over nadenk, over al die spijt en teleurstellingen, is dat eigenlijk de enige reden dat ik elke ochtend weer opsta. Want ik ben niet boos als ik door pech dood zou gaan, ik ben niet verdrietig dat ik veel niet heb kunnen doen, maar ik kan niet leven met de teleurstelling. Ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik hoop dat dit jou net als mij inspireert om elke dag het beste uit jezelf te halen. Ik ben zeer teleurgesteld in het heden en de voorziene toekomst, maar dat wil ik niet zijn, en ik zal er alles aan doen om dat voor elkaar te krijgen.